Giselle

Muziek fragment uit  Giselle  

Muziek fragment uit  Giselle  (hoorngeschal)

De première van Giselle vond plaats in 1841 bij Het Ballet Van De Opera Van Parijs. De choreografie was gemaakt door twee choreografen: de Italiaan Jean Coralli (1779-1854), die toen balletleider was aan de Opera van Parijs, en de Fransman Jules Perrot (1810-1892). Perrot was de minnaar van de titelrol-vertolkster, de Italiaanse Carlotta Grisi (1819-1899) die één van de gevierdste ballerina's van haar tijd was; en hij maakte de choreografie voor Giselles dansen, die Grisi moest uitvoeren. De muziek voor Giselle is gekomponeerd door Adolphe Adam en het libretto voor het ballet is van de hand van een hartstochtelijke bewonderaar van Grisi, de beroemde dichter en balletcritieus Théophile Gautier die samenwerkte met de librettist Vernoy de Saint-Georges. Gautier was voor zijn balletverhaal geïnspireerd door een vertelling van de Duitse dichter Heinrich Heine over de zogeheten willi's.

De willi's zijn volgens de legende wraakzuchtige geesten van bedrogen maagden, die voor hun huwelijk in de steek zijn gelaten door hun bruidegom en die na hun dood uit hun graven opstijgen om (mannelijke) voorbijgangers de dood in te jagen.

De - weer kenmerkend romantische - handeling van Giselle speelt zich af in een dorp van wijnboeren aan de Rijn, waar de druivenpluk in volle gang is. Als vertegenwoordigers van het natuurlijk levende, onbedorven volk treden drie hoofdpersonen op: de danslustige boerendochter Giselle, haar zorgzame moeder en Giselles aanbidder, de boswachter Hilarion. Immorele of dekadente aspekten van het aardse bestaan komen vooral aan bod in de persoon van graaf Albrecht, die met zijn entourage de weinig natuurlijke, door etiquette beheerste wereld van de aristokratie vertegenwoordigt. Giselle ontbrandt in zuivere liefde voor Albrecht die haar in eerste instantie alleen als goed voor een dol avontuur beschouwt. Albrecht is namelijk al officieel verloofd met de dochter van een hertog. 

De handeling begint wanneer Albrecht - vermomd als boer - Giselle verleidt. Hilarion vertrouwt hem echter niet en hij ontdekt Albrechts zwaard met het grafelijke wapen. Wanneer de hertog en zijn dochter tijdens een jachtpartij komen uitrusten in de boerderij van Giselles moeder, onthult Hilarion de ware identiteit van Albrecht die door zijn dochter ook als haar verloofde wordt aangewezen. Hierop wordt Giselle waanzinnig van liefdesverdriet en doorboort zij zichzelf met Albrechts zwaard. ........................!

Na haar dood wordt Giselle opgenomen in het leger van de op wraak beluste willi's die de kwade, bovennatuurlijke wereld vertegenwoordigen. Onder aanvoering van hun meedogenloze koningin Myrtha jagen de willi's eerst Hilarion, die Giselles graf in het bos wil bezoeken, de dood in. Ook de berouwvolle Albrecht - die heeft beseft dat hij echt van Giselle houdt en geestelijk wordt verscheurd door de gevolgen van zijn bedrog - moet het bij Giselles graf ontgelden. Maar hij wordt gered door de oprechte, zuivere liefde van Giselle, die zelfs tot over het graf reikt: zij weet samen met Albrecht net zo lang te dansen, totdat de klok vier uur slaat. Want bij de eerste stralen van de zon moeten de wili's terug zijn in hun graven. Zo overwint uiteindelijk het superieure gevoel - namelijk Giselles zuivere liefde - het kwaad zoals vertegenwoordigd door de bloeddorstige willi's.

 

In muziekhistorisch opzicht is het ballet Giselle belangrijk omdat komponist Adam hier- voor als eerste balletmuziek komponeerde, waarin het principe van het leidmotief (naar het Duitse 'Leitmotiv') is toegepast. Dit houdt in dat een bepaald muzikaal tema kenmerkend is voor bepaalde personages of bepaalde handelingen zodat het op geëigende plaatsen - afhankelijk van de handeling - telkens in de kompositie terugkeert. Zo telt Giselle vijf muzikale leidmotieven.

  • Het eerste drukt de danslust van Giselle uit en is te horen wanneer zij alleen handelt of danst. Een ander leidmotief heeft te maken met de liefde van Giselle voor Albrecht en klinkt dan ook tijdens hun duetten.
  • video fragment 1
  • Hiermee heeft ook het zogeheten bloemenmotief te maken tijdens een tweetal scènes. De eerste keer klinkt dit, wanneer Giselie bij de boerderij door middel van een ja-of-neen-spel, waarbij ze bloemblaadjes één voor één uit een madelief trekt, er achter probeert te komen of Albrecht echt van haar houdt.
  • video fragment 2
  • De tweede keer klinkt het bloemenmotief wanneer Giselie als vluchtige wili door Albrecht wordt achtervolgd, terwijl zij een spoor achterlaat met behulp van de bloemen die Albrecht bij haar graf legde.
  • Het leidmotief voor de wili's is in het begin te horen, wanneer Giselles moeder haar dochter waarschuwt, en tenslotte in het ballet blane bij de dansen van de wili's.
  • Het vijfde leidmotief betreft het jachtsignaal met de hoorn, dat de aristokratische sta- tus van Albrecht aangeeft. Het principe van het muzikale leidmotief is later op grote schaal en systematisch toegepast door vooral Wagner in zijn opera's als ook Tsjajkovski met zijn balletmuziek (voor onder meer De schone slaapster en Het zwanenmeer).
De uitvoering van Giselle stelt de allerhoogste technische en artistieke eisen aan de vertolkster van de titelrol. De rol vraagt ook om een veelzijdige vertolkingskunst, omdat GiselIe eerst als een onschuldig maar gepassioneerd dorpsmeisje met beide benen op de grond moet staan, en tenslotte als een eterische, uiterst melancholieke geest moet rondvliegen. Giselle is dan ook het paradepaardje van vele ballerina's geworden, wat ook komt doordat het ballet uiterst populair is bij het publiek dank zij alle hartstocht en tragiek. Het laatste heeft na de première ook vele andere choreografen geïnspireerd om eigen versies te maken. De Frans-Russische grootmeester Marius Petipa maakte er zelfs drie, waarvan de derde - uit 1887 - tegenwoordig de meest uitgevoerde versie van Giselle is.

05-09-2007 last update