Hendrik Willem Mesdag

Voor Mesdag was de zee als onderwerp onuitputtelijk. Het ging hem om de schoonheid daarvan, in alle seizoenen, op alle uren van de dag, bij alle weersgesteldheden.  

Halverwege de 18de eeuw werden op de scheepstimmerwerven nieuwe, grote vissersboten gebouwd: de bomschuiten. Deze platbodems waren zo'n vijftien meter lang en bijzonder breed, een meter of zeven. Met de bomschuit konden de vissers grote reizen maken, want deze boten waren zo groot dat veel netten, tonnen en proviand meegenomen konden worden. Ze waren geschikt voor de haringvangsten, tochten waarvoor de vissers ver de zee op moesten.

Opdracht 17 CKV

Meer dan een eeuw later was de bomschuit nog steeds dé boot, ook voor de Scheveningse vissers. De imposante bomschuiten voor de kust en op het strand vormden een schilderachtig onderwerp voor menig kunstenaar, zoals Jacob Maris, Jan Hendrik Weissenbruch en ook Hendrik Willem Mesdag. Voor Mesdag werd de zee en het leven dat daarbij hoorde zijn belangrijkste thema.

foto bomschuiten  

Hij 'ontdekte' de zee tijdens een verblijf op het Duitse eiland Norderney. Haar grootsheid imponeerde Mesdag en hij maakte er schetsen en schilderijen van. Toen hij daar veel bewondering mee oogstte, onder meer bij zijn neef Laurens Alma Tadema en bij zijn leraar Roelofs, stond zijn besluit vast: hij wilde zeeschilder worden. In 1869 gingen Mesdag en zijn vrouw Sientje van Houten in Den Haag wonen. Iedere dag ging de schilder naar Scheveningen, alwaar hij een vaste kamer in een hotel aan zee had. Van daaruit bestudeerde en schilderde hij de zee op ieder uur van de dag en in alle jaargetijden.

Bekend bij vrijwel alle Nederlanders is Mesdag door zijn Panorama Mesdag in Den Haag: een indrukwekkend doek met een oppervlakte van 1680 vierkante meter. Hij schilderde het samen met zijn vrouw en met de schilders De Bock, Breitner en Blommers, in opdracht van een Belgische onderneming. Die onderneming vroeg Mesdag in 1881 een panorama te schilderen en dat moest een zeegezicht zijn. Hij koos als locatie het Seinpostduin in Scheveningen en voltooide het doek in vier maanden. Met de hem kenmerkende suggestieve, losse toets gaf Mesdag zo in één doek het strand en het leven aan de zee weer en de toeschouwer kan dat tegenwoordig, meer dan een eeuw later, nog steeds meebeleven: hij staat er dan letterlijk middenin.