|
FILM Een project van de Digitale School naar aanleiding van de tentoonstelling over Charlie Chaplin in de Kunsthal te Rotterdam:1 oktober 2005 t/m 15 januari 2006 CKV-1, CKV-2, CKV-3drama
|
 |
|
Leermateriaal ter voorbereiding op de tentoonstelling Charlie Chaplin. Dit leermateriaal kan de docent aan de leerlingen aanbieden. De leerlingen kunnen onderwerpen kiezen of al het materiaal kan worden doorgewerkt om een volledige voorbereiding op de tentoonstelling te krijgen. |
De (film)acteur, filmregisseur Charles Chaplin heeft een personage ontwikkeld dat hij Charlie, the tramp noemt. Bij de komende opdrachten wordt de naam Chaplin gebruikt als het gaat om de (film)acteur, filmregisseur gaat en de naam Charlie als het om het personage gaat. |
|
Bronnen en opdrachten
|
1.- Vanaf de jaren 1830 werd allerlei optisch
speelgoed ontworpen, die gebruik maakt van een techniek die vergelijkbaar
is met die van de moderne tekenfilm. [Lees
verder.......]
Opdracht 1 (CKV1/CKV2/CKV3beeldend) (profielwerkstuk) 2.- De toverlantaarn werd uitgevonden rond 1660, waarschijnlijk door de Nederlandse wetenschapper Christiaan Huygens. [Lees verder....] Opdracht 2 (CKV1/CKV2/CKV3beeldend) (profielwerkstuk) 3.- Vaudeville was de meest populaire vorm van amusement in de Verenigde Staten tussen 1875 en 1932. [Lees verder...] Opdracht 3 (Vaudeville) (CKV2) 4.- Er zijn weinig dingen, die het publiek zo stormenderhand voor zich hebben gewonnen als de film. Met de uitvinding ervan is het echter niet zo vlot gegaan. [Lees verder........] Opdracht 4 (Marey) (CKV2) 5.- Georges Méliès was geen uitvinder, laat staan een wetenschapper - hij was een illusionist, werkzaam in de onderste regionen van het theater tussen goochelaars, jongleurs, boeienkoningen en overige kermisklanten. [Lees verder....] Opdracht 5 (Bioscoopgevaar) (CKV2) 6.- De illusionist Méliès was op 28 december 1895 aanwezig geweest bij de eerste Parijse voorstelling van de cinématographe van de broers Auguste en Louis Lumière, en de vertoning maakte zoveel indruk dat hij binnen een jaar zelf begon te filmen. [Lees verder...] Opdracht 6 ( Auguste en Louis Lumière) (CKV1/CKV2) 7.- Toen de film aan het eind van de 19de eeuw ontwikkeld werd, bestond er vanzelfsprekend nog geen traditie op dit gebied en zocht men steun bij visuele kunstvormen zoals theater, beeldende kunst en fotografie.[Lees verder.......] Opdracht 7 (Film en Beeldende Kunst) (CKV2) 8.- Charlie Chaplin Opdracht 8 Charlie Chaplin (CKV1/CKV2/CKV3drama) 9.- De stomme film Opdracht 9 The Mighty Wurlitzer (CKV2) 10.- Filmmuziek en Charlie Chaplin Opdracht 10 Muziek en Chaplin (CKV1/CKV2) Opdracht 11 Decoupage (CKV1/CKV2) Opdracht 12 Melodrama (CKV2) Opdracht 13 Komedie/farce (CKV1/CKV2/CKV3drama) Opdracht 14 Hoe wordt een personage opgebouwd? (CKV1/CKV2/CKV3) Opdracht 15 Mimiek, gebaren (CKV1/CKV2/CKV3drama) Opdracht 16 Gebaren (CKV/CKV1/CKV2) Opdracht 17 Kleding (CKV/CKV1/CKV3drama) Opdracht 18 De werkelijkheid overtreft de fantasie. (CKV2) Opdracht 19 Beweging en dans (CKV2,3dans/drama) |
|
Kijkwijzers voor in Kunsthal Rotterdam
|
zie www.kunsthal.nl |
