BRONNENBUNDELS
 


Michael Graves

Ook Michael Graves (1934) Iaat in de opeenvolging van zijn werk een omslag van modern naar postmodern zien. Aanvankelijk oriënteerde hij zich op de vroege werken van Le Corbusier, maar in de loop van de tijd werd de invloed van Le Corbusier minder. Zijn architectuur kreeg meer het karakter van ruimtelijke sculpturen, een ietwat late uitwerking van het kubisme. In toenemende mate paste hij kleur toe in zijn wanden. Door steeds meer klassieke details, zoals sluitstenen en het gebruik van rustica, op een maniëristische wijze in te voegen liet hij blijken het zuivere modernisme de rug toegekeerd te hebben. Zijn nieuwe beeldtaal combineert historische motieven met de taal der modernisten.

Architectuur komt niet alleen voort uit pragmatische noodzaak maar ontleent ook bepaalde elementen aan symbolische inspiratiebronnen - vormt als het ware een weerklank van mens en natuur.
Als wij ons inzetten voor figuratieve architectuur, nemen we aan dat het thematische karakter van het werk is gebaseerd op de natuur en tegelijkertijd kan worden gelezen als een totem of een aan de mens ontleende vorm.

Uit: Michael Graves, Buildings and Projects 1966-1981. New York 1976
Uit: Heinrich Klotz, The History of Postmodern Architecture. Cambridge Mass. 1988

Verschillende auteurs rezen verschillende afkomsten in een en hetzelfde gebouw. In het eerste fragment ziet de auteur de Art Déco als inspiratiebron, in het volgende lopen de gesignaleerde invloeden veel meer uiteen.

Met zijn eerste openbare gebouw, het Portland Public Service Building, verkende Graves de mogelijkheden van de Art Déco, die hij al eerder had toegepast, nog verder. De hele typologie - donkere granieten onderbouw met een licht gekleurd blok daarboven, is ontleend aan de Art Déco uit de jaren dertig; alleen de indeling van de gevels wijkt van deze trend af. Het zeven verdiepingen hoge, van elkaar kruisende tralies voorziene venster vormt een overheersend motief dat de gevel binnendringt en het blok in het midden open maakt. De twee gedrongen pilasters en de reusachtige sluitsteen zijn vervreemde citaten uit de vormentaal van de Newyorkse Art Déco wolkenkrabbers. (...) De toevoeging van kleine gebouwtjes op het dak, zichtbaar op de maquette, werden wegens de bezuinigingen van de opdrachtgever niet uitgevoerd. In zekere zin kwam dit wel goed uit: deze bouwwerkjes zouden het fortachtige karakter van het geheel hebben verzacht en ze zouden niet gepast hebben bij het jaren dertig karakter.

Een van de twee belangrijke gebeurtenissen op architectuurgebied in het jaar 1980 betrof de prijsvraag voor het Portland Public Service Building, een omvangrijk gebouw voor openbare dienstverlening in de stad Portland, die Michael Graves won met een eclectisch gevelontwerp. (De andere gebeurtenis was de Biennale van Venetië onder het motto 'Deaanwezigheid van het verleden'.) AI is het gebouw met zijn groene arcades gedeeltelijk opgezet met het oog op een aantrekkelijke stedelijke omgeving, het is voor een deel ook modernistisch met de geveldelen van zwart glas, die de openbare ruimte binnen markeren. De rationele stijl is eveneens herkenbaar en wel in de betrekkelijk kleine vierkante ramen (ook ingegeven door de energiecrisis), terwijl de verhoudingen en de guirlandes (aan de zijgevels) wijzen op invloeden respectievelijk uit Egypte en de barok.

Het predicaat 'eclectisch' is dus zacht uitgedrukt, maar de kracht ervan komt niet alleen voort uit deze uiteenlopende verwijzingen maar ook in de manier waarop ze tot een geheel zijn samengevoegd, in wat Robert Venturi 'het moeilijke totaalbeeld' noemt.
Het gaat hier om een gebouw waarin ondanks alle aantoonbare missers werkelijk aandacht is besteed aan het visuele en stedelijke niveau. Het past bij het ernaast gelegen stadhuis en ook bij de modernistische laagbouw in de omgeving, het doet op een versluierde manier denken aan het lichaam en het aangezicht van een mens en het integreert opnieuw beeldhouwwerk en veelkleurigheid als ssentiële onderdelen van een gemengde beeldtaal. De installatie van het beeld 'Portlandia' boven de hoofdingang was aanleiding voor een openbare festiviteit voor de inwoners en betekende ook een kleine overwinning van de postmodernen die het samengaan van kunst en architectuur voorstaan.

Uit: Charles Jencks, Posrmodernism. Londen 1987
Portland Public Service Building, 1980-82, Maquette

Ongetwijfeld is het gebouw, zoals de critici betogen, schematisch en tweedimensionaal maar dit komt voor een deel door de extreem lage bouwkosten. De modernisten hadden beter kunnen afzien van hun al te grove simplificaties betreffende het dak en de zijgevels: in hun niet aflatende aanvallen op Graves beoordeelden zij gedeelten van het bouwwerk doeltreffend. Alles wel beschouwd was het veel creatiever dan de overige meedingende ontwerpen en heel wat menselijker dan de omringende platte dozen, die Portland tot een kerkhof van onuitgesproken liefelijkheid reduceerden. Het luidde ook de klassieke postmoderne stijl in, de derde en rijpste fase van de beweging.
(... )

Michael Graves kreeg een storm van afkeuringen over zich heen, ondanks het feit dat de klassieke elementen waren 'vertaald'. Zijn gestileerde guirlandes gaven het gebouw het etiket 'kerstpakket met lint er omheen', de vierkante voorgevel met het grote zwarte venster was aanleiding het te betitelen als 'groot uitgevallen juke-box', 'opgeblazen kalkoen' en 'fascistisch Michael Graves, monument'. Wolf von Eckhardt, een uit Duitsland ,afkomstige criticus, die de modernisten is toegedaan en klaarblijkelijk het klassicisme verafschuwt vanwege Nazi bijklanken, noemde het gebouw in Times Magazine 'alles vanaf de tempel van Sarastro tot Mickey Mouse klassiek', terwijl hij Graves zelf aanduidde als de rattenvanger van Hobbitland'. In de stijloorlog is kennelijk niets te dol om de vijand mee vast te nagelen.



Michael Graves, Zijgevel Portland Public Service Building, 1980-82