BRONNENBUNDELS
 


Bernini's fonteinen in Rome

Rome was niet tevreden met dit ene grote monument. Er werd hard gewerkt aan het plan om grote lijnen door de hele stad te trekken door een nieuw stratennetwerk aan te leggen. Sixtus V was maar vijf jaar paus van 1585-1590, maar in die korte tijd heeft hij wonderen verricht. Hij hield zich niet alleen bezig met buitenlandse politiek en het op orde brengen van de financiën, maar hij voltooide ook de koepel van de Sint Pieter, gaf de stad behoorlijk drinkwater en markeerde de vele punten van het grote netwerk van straten dat hij gepland had. (...) Ieder plein kreeg zijn eigen fontein en door de eeuwen heen creëerden kunstenaars nieuwe variaties op hetzelfde thema: kabbelend, spetterend water, opspringend van gebeeldhouwde figuren temidden van de zuilen van de vele decoratieve gevels of uit vrijstaande fonteinen, versierd met tritons 1) en riviergoden opgesteld op het midden van pleinen. Het geluid van honderden spuitende fonteinen werd de muziek van Rome, overdag vaag hoorbaar door de lawaaiïgheid van de stad en 's nachts duidelijk, als de grote stad tot rust kwam. In de 17de eeuw heeft Bernini verschillende van deze fonteinen gemaakt.

1) lagere zeegod, van onderen vis, dienaar van de zeegod Neptunus

Uit: S.E. Rasmussen, Towns and Buildings, Cambridge Mass., 1969
Uit: R. Wallace, The World of Bernini, Amsterdam, 1970.

De 'Vierstromenfontein'

De Piazza Navona heeft een aangename besloten sfeer. Wie voor het eerst het plein opkomt via een van de smalle toegangen is verrast door de afmetingen van het plein. Het is een langwerpige rechthoek van 276 meter lang en slechts 54 meter breed, omgeven door oude gebouwen van vier à vijf verdiepingen, precies op de plek waar in de Romeinse tijd een stadion lag. Hier staat de grootste en meest beroemde fontein die Bernini ooit heeft gemaakt, 'de Vierstromenfontein'. In het midden wordt een rotsachtig eiland, bevolkt met monumentale figuren, bekroond door een obelisk 1). Aan de twee uiteinden van het plein bevindt zich een kleinere fontein.

1) De obelisk is een hoge, slanke, bijna vierkante stenen pilaar die naar de top geleidelijk versmalt en bekroond wordt door een piramidevorm. Ze kwamen uit Egypte. De Egyptische obelisk is een monoliet, een glad gepolijste stenen zuil die uit één stuk is gehakt.

Het was een buitengewoon ingewikkelde opdracht wat de stadsplanning betreft. Bernini moest een monument oprichten dat voldoende groot was om het centrum van dit lange plein te benadrukken, zonder de eenheid ervan geweld aan te doen; tegelijkertijd moest de fontein rekening houden met de toekomstige voorgevel van de S. Agnesekerk. Bernini vond het antwoord op deze problemen in een spel van tegenstellingen. Een 'natuurlijke' rots wordt door water bevloeid, doorsneden door openingen in de lengte- en de dwarsas en bekroond met een Egyptische obelisk. Deze rots vormt de verbindende schakel en een contrast ten opzichte van de toren: een uitgestrekt grondvlak dat er grillig uitziet, waarboven een strakke, slanke piek uitsteekt.

Uit: R. Wittkower, G. L Bernini, The Sculpture of the Roman Baroque, Oxford (1955) 1981.

Bernini, Vierstromenfontein,
1648-54

De vier figuren die rond het bassin zitten stellen rivieren voor. Elke rivier staat voor een continent: de Donau voor Europa, de Ganges voor Azië, de Nijl voor Afrika en de Rio de la Plata voor Amerika. De Donau heft zijn armen op naar een schild waarop het wapen van paus Innocentius X staat (drie lelies en een duif) met daarboven het embleem van alle pausen (de sleutels van Petrus en de tiara). De Ganges houdt een lange roeiriem vast, symbool voor de enorme lengte van de te bevaren rivier, terwijl de Nijl zijn hoofd bedekt om aan te geven dat de bron van de rivier onbekend is (wat in de 17de eeuw nog het geval was). Naast de Rio de la Plata liggen munten die de grote rijkdom van de 'Nieuwe Wereld' aangeven. Het meest verbazingwekkende aan de fontein is het gebruik dat Bernini maakt van open, elkaar doorsnijdende bogen die zijn uitgehakt om een watergrot te suggereren en die de meer dan 120 ton wegende granieten obelisk dragen. Het lijkt wel of de schacht in de lucht zweeft; men kan van vier zijden door de grot heenkijken.(...)

Uit: R. Wallace, The World of Bernini, Amsterdam, 1970.
 
De grot is van travertijn gemaakt, de alomtegenwoordige poreuze Romeinse steensoort, de figuren van de rivieren en de pauselijke insignes zijn van marmer.Travertijn is een stuk harder dan het lijkt, maar het kan gemakkelijk bewerkt worden wat blijkt uit de symbolische figuren in of vlakbij de grot-paard (Donau), leeuw (Nijl), palmboom en slang (Ganges). (...) De fontein is een uitstekend voorbeeld van de atelierpraktijk van Bernini. Zonder twijfel ontwierp de meester elk detail, maar bij de uitvoering lag dat anders. (...) Het mag teleurstellend lijken dat slechts enkele figuren van de hand van de meester zelf zijn en dat al het andere werk door medewerkers is gedaan. Maar het ontwerp is belangrijker dan de arbeid op zichzelf. Bernini was wel altijd in de buurt, hield toezicht en greep zelf hamer en beitel als het resultaat tekortschoot. Het was een heel gewone manier van werken voor toonaangevende kunstenaars in de 17de eeuw.

De 'Tritonfontein'

De 'Triton' fontein op de Piazza Barberini werd door paus Urbanus VIII besteld en is ook bedoeld als een vrijstaande fontein. Ondanks de pauselijke insignes die er op zijn aangebracht maakt de fontein een volslagen heidense indruk. In het bassin ondersteunen vier dolfijnen met hun opgeheven staarten een grote, gekartelde en half open schelp waarop Triton zit die een grote waterstraal blaast uit zijn hoorn. Volgens de versie van Ovidius zou hij de wateren gebieden terug te keren in hun beddingen, maar voor de dorstigen is hij het symbool bij uitstek van een overvloedige watertoevoer met zijn kletsnatte baard en de vlekken van het over zijn borst kabbelende water.


Bernini,Tritonfontein, 1640