BRONNENBUNDELS
 


Andy Warhol

Andy Warhol werd de grootste propagandist van het uiterlijk vertoon aller tijden. Behalve dollarbiljetten in close-up schildert hij zijn favoriete filmsterren en zijn favoriete frisdrank. Marilyn Monroe: als godin op een verguld medaillon, ter meerdere eer en glorie van haar nagedachtenis op het witte doek, en ook nog in veelvoud als posterportret omdat hij niet genoeg van haar kon krijgen. Flesjes Coca Cola: als aanprijzing van het product en tegelijk van de verpakking, in lange rijen, half vol en bijna leeg, omdat de fles gewaagd was aan de drank - één van de meest winstgevende ontwerpen in de geschiedenis van het industrieel design. Warhol catalogiseerde de trofeeën van het Amerikaanse kapitalisme. 'Je ziet Coca-Cola op tv en je weet dat de president Coca-Cola drinkt, dat Liz Taylor Coca-Cola drinkt en dat je zelf Coca-Cola kunt drinken. Een Coke is een Coke en voor geen goud kun je een Coke kopen die lekkerder is dan die van de dakloze om de hoek.'

Uit: William Sutö, Verknocht aan een wezenloos imago, in: de Volkskrant juni 1999
Andy Warhol, 200 soepblikken van Campbell. 1962 (detail)

Bijgestaan door een staf van fans in zijn met zilverfolie behangen reproductie-atelier The Factory, eigende hij zich die succesformule toe. 'Pop Art is voor iedereen.' En 'Weet je, ik vind dat elk schilderij dezelfde afmetingen en kleuren zou moeten hebben, zodat ze onderling verwisselbaar zijn en niemand denkt dat hij een beter of een slechter schilderij heeft. De reden waarom ik op deze manier schilder, is dat ik een machine wil zijn.' In losjes met verf ingekleurde zeefdrukken vermenigvuldigde hij aan de lopende band advertenties en foto's uit kranten en tijdschriften. Hij veranderde ze in reclame voor zichzelf. Andersom werd ook zijn eigennaam een synoniem voor de commercie. Toen Campbell in 1962 het assortiment ingeblikte soepen uitbreidde naar 32 smaken, stelde Warhol onder de titel 'Campbell's Soup Cans 32' nauwgezet nageschilderde soepblikken tentoon. De supermarkt in de buurt van zijn galerie - ook niet gek - hing direct op de dag van de opening een bord buiten met het opschrift: 'Wij hebben de echte blikken voor maar 19 cent.' Warhol sloot een verbond met de wegwerpmaatschappij. Hij ontleende er zijn imago aan, ten koste van zichzelf.

Iedereen kent Warhol het handelsmerk; niemand Warhol het individu - precies zoals hij wenste. 'Wie alles wil weten over Andy Warhol hoeft alleen maar naar het oppervlak te kijken van mijn films, van mijn schilderijen en van mij. Zo ben ik. Er zit niets achter' hield hij zijn levenszin zoekende critici voor en heel het oeuvre dat hij naliet, bevestigt die wezenloze reputatie.(...) 'Kopen is veel Amerikaanser dan denken', verzuchtte hij. 'En ik ben een echte Amerikaan.' Maar belangrijker nog dan geld, doorslaggevend voor de status van succes in de wegwerpmaatschappij waar hij zijn leven aan versleet, was roem. Wereldroem: het enige wapen tegen de sterfelijkheid. Hij leverde er zijn emoties voor in en zijn morele onderscheidingsvermogen. 'Ik heb in Life gelezen dat Mao tegenwoordig de beroemdste man van de wereld is', vertrouwde hij zijn gesprekspartners toe, vervuld van een obsessieve bewondering, die geen ruimte liet voor verontwaardiging, woede, scepsis of willekeurig welk blijk van kritische distantie.