|
Lichaamssappen |
|
|
Het middeleeuwse denken werd beheerst door de theorie van de ,overeenkomsten', die van oorsprong niet christelijk was maar afkomstig was van de Griekse gedachte dat een verklaring, om deel uit te maken van het goddelijke plan, economisch, symmetrisch en esthetisch bevredigend moest zijn. |
|
|
|
De
seizoenen en de elementen en lichaamssappen.
Herfst = zwarte gal = melancholisch = Aarde. Zomer = gele gal = cholerisch = Vuur. Lente = bloed = sanguïnisch = Lucht. Winter = slijm = flegmatisch = Water. Uit De Natura Rerum, Isidorus van Sevilla, 9de eeuw. |
| Daarbij werd de
Griekse bereidheid tot onderzoek door observatie en experiment
genegeerd.
Alles in het heelal bestond uit de vier elementen: aarde, vuur, water en lucht. In het menselijk lichaam kwamen deze overeen met de vier sappen - bloed, gele gal, slijm en zwarte gal - die weer, afhankelijk van de verhoudingen bij de vermenging, vier temperamenten gaven: sanguinisch, cholerisch, flegmatisch en melancholisch. Het feit dat er ook vier windrichtingen waren en vier seizoenen (en vier evangeliën) bevestigde de theorie alleen maar. In de kaart hieronder was het systeem absoluut symmetrisch, wat bewees dat het waar was. |
|
| (1080/1090)
Diagram, dat de elementen, windstreken, seizoenen en de dierenriem
verbindt. Van boven met de klok mee:
Terra (aarde) (Oosten) Auva (water) (zuiden) Aer (lucht) (Westen) (Ignis) (vuur) (noorden) |
|
|
|
|
