het smakelijk lijk zal de rode wijn drinken
We zijn nu op de beide woorden gestuit, die het gebied aangeven waar het beeld geboren wordt: het onbewuste en het automatische. Dát zijn de twee woorden waarop het moderne surrealisme zijn systeem bouwt.

Wat is nu het surrealisme? Het doel ervan is de uitbeelding van het onderbewuste, dat sinds het begin van deze eeuw ook in de menswetenschappen (geneeskunde, psychologie, filosofie) steeds meer op de voorgrond trad. In Bretons manifest van 1924 wordt als streven aangegeven: 'de tot nu toe elkaar tegensprekende toestanden van droom en werkelijkheid in één absolute werkelijkheid op te lossen, in een super-realiteit.'

De surrealist wendt zich dus af van de zichtbare verschijningsvormen van de buitenwereld en komt terecht in het domein van het magische en irreële, waar de wereld van het eigen innerlijk ons in de droom verschijnt. Echter niet alleen in de droom maar in alle psychische omstandigheden, waarin de scherpe waarneming van de buitenkant van de dingen niet meer funktioneert en het onbewuste en instinktieve onze innerlijke opwellingen in beweging brengt. Hallucinaties, hysterie, verschijnselen van geestvervoering, iedere soort manische bezetenheid worden belangrijke studie-onderwerpen. Het neurotische wordt het onderzoeken waard. Literatuur en schilderkunst zijn voor de surrealisten niet in de eerste plaats kunstuitingen maar methoden van onderzoek naar het reusachtige, vage gebied, waarover het verstand geen zeggenschap meer heeft. Om in dit gebied door te dringen introduceren ze met behulp van de psychoanalyse, de methode van het 'psychisch automatische' als artistieke aktiviteit. Ze maken van het inzicht gebruik, dat de mens door de ritmische omgang met woorden, kleuren en klanken, door alleen maar dromerige gedachten en doelloze bezigheid, die echter de hele mens in beslag nemen - ze noemen dat integrale aktie-beelden en symbolen uit zich zelf kan oproepen, die ons onderbewustzijn als iets opwindend onbekends verontrusten en die nu als beeld en gedicht voor onszelf herkenbaar en overdraagbaar worden.
Zo definieert Breton het surrealisme'als een zuiver psychisch automatisme met als doel datgene tot uitdrukking te brengen, wat het denken onafhankelijk van iedere kontrole door het verstand, voorschrijft'. Diktaat van onbewuste weerslag van de innerlijke ervaringen van het diep verborgene in de mens. De mijmerende, spelende, niet door het verstand gekontroleerde, automatische omgang met woorden, kleuren en vormen verplaatst ons in een toestand van bewustzijnsverruiming en stelt ons in verbinding met irrationele psychische gebieden, van waaruit de totale rijkdom aan beelden en symboliek van het onbewuste toe kan stromen. De surrealist verzint dan ook niets, hij vindt alles.

Het ideaal van de groep was om het genie 'gemeengoed te laten worden', zonder de individualiteit van de enkeling te beknotten. Dat was ook het doel van de 'gezelschapsspelen' van de surrealisten, spelen die volstrekt niet alleen amusement waren. Nu eens hier, dan weer daar te gast, demonstreerde de groep de gelijkgerichtheid van hun verbeelding. ( ...) Hun spelen, zoals het spel 'Le cadavre exquis', waren louter zelf verzonnen prikkels om het 'wonderlijke' uit de dagelijkse werkelijkheid te voorschijn te toveren.

Het 'cadavre exquis' was zeer geliefd - op een gevouwen papier werd door verscheidene personen een zin of tekening samengesteld zonder dat men elkaars bijdrage wist. Het klassiek geworden voorbeeld, dat dit spel zijn naam gaf, was de eerste zin die op deze wijze ontstond: Le cadavre exquis boira Ie vin rouge oftewel Het smakelijk lijk zal de rode wijn drinken.

 

 

 Max Ernst Hoofd Frottage 1925

De surrealisten zouden in hun scheppingen steeds deze 'onvindbare beelden' zoeken - beelden die voortkomen uit onverwachte associaties of uit een koppeling van verschillende motieven.In 1928 publiceerde André Breton 'Le Surréalisme et la Peinture'; het was een vastberaden antwoord aan allen, die nog steeds twijfelden aan het bestaansrecht van een surrealistische schilderkunst of niet inzagen welke vrijheden zij zouden moeten eisen.

Kinderogen, groot van verwondering, die opengaan als vlindervleugels aan de oever van het meer

Van deze schilders is Max Ernst de enige, die de richtingen van het surrealisme werkelijk mede bepaald heeft. In 1922 kwam hij naar Parijs. Hij bezat een onstuimige fantasie. Zich tussen waken en dromen overgeven aan visioenen had hij altijd al een genoegen gevonden. Als kind ontdekte hij in het vlammenpatroon van een imitatie-mahoniehouten blad 'een dikke vogelkop met een dichte zwarte kuif'. Later zag hij als jongen op het moment van inslapen aan het voeteneind van zijn bed een doorzichtige vrouw met een rode japon staan met een skelet dat op zilverdraad leek.

Als gevolg van zijn visionaire vaardigheden bedacht hij in 1919 de collage, die duidelijk anders is dan de 'papiers collés' van de kubisten. Het ruwe materiaal bestond uit alle mogelijke figuren, die hij uit geïllustreerde katalogi knipte. De combinatie ervan bracht hem tot de 'alchemie van het visuele beeld'. Hij kwam hierdoor op het beroemde beginsel van 'de werking van de toevallige ontmoeting van twee of meer wezensvreemde realiteiten op een blijkbaar daartoe ongeschikt vlak'. Zelfs in schilderijen paste hij een op de collage gelijkende techniek toe.

In 1929 publiceerde hij de eerste in een reeks collage-romans. Het was een soort beeldverhaal, maar geen echte strip, waarvan voor de afbeeldingen brokstukken werden gekozen van houtgravures uit negentiende-eeuwse tijdschriften, encyclopedieën en triviale romans. Sommige collages parodiëren befaamde kunstwerken. De nieuw gemaakte combinaties van wetenschappelijke instrumenten met zwevende figuren en van landschappen met onverwachte interieurs staan garant voor de vreemde droomwereld waarop het surrealisme het patent verwierf. Deze scènes werden in de inleiding van het boek aangeprezen. Dit zou 'het ideale prentenboek van deze tijd' zijn en de toekomst zou eruit tevoorschijn springen. 'Kinderogen, groot van verwondering, die opengaan als vlindervleugels aan de oever van het meer'. Het wachten was - aldus de inleiding - op 'de eerste honderd feeënvisioenen'. Deze profetisch gestemde woorden zijn van André Breton, de topmanager van het surrealisme.

 

In de collages worden ongelijksoortige elementen bijeengebracht, die samen geen logisch geheel vormen. In feite worden ze door de collage-techniek gedemocratiseerd, want geen ervan vervult een hoofdrol. Zonder verband geen hiërarchie. Het ene element is misschien opvallender, centraler geplaatst dan het andere, maar het onderscheid tussen hoofd- en bijzaken is weggevallen, de lezer mag zelf een rangorde bepalen. De keuze van de elementen is door Ernst gemaakt. Het ging hem er onder andere om de betekenis van de oorspronkelijke gravure te verdonkeremanen. Vandaar ook dat hij al te herkenbare platen, zoals de illustraties van Gustave Doré en William Blake, vermeed.   

Collage uit La femme 100 têtes, de eerste collage-roman.1929

 

De 'frottage', die hij wat later ontdekte, bracht hem een nieuwe bevrijding. Op 10 augustus 1925 werd hij in een restaurant aan de kust als door toverkracht aangetrokken door bij het schrobben uitgesleten ribbels in de vloer. Hij legde een vel papier op de plek en wreef er met potlood over om een afdrukte krijgen. Uit deze calque (= doordruk) zag hij een vorm opdoemen, waarvan hij de contour natrok. Andere op dezelfde manier uitgevoerde frottages lieten in zijn geest wouden, parnpa's, horden van dieren en koppen ontstaan. Ze werden in 1926 gebundeld in het boek 'Histoire Naturelle' (natuurlijke historie).

Vanaf dat ogenblik beschouwde Max Ernst de frottage als de enige echte tegenhanger van de écriture automatique*. Hij liet zich daarbij door alle mogelijke dingen inspireren: een blad, een afgerolde draad, een uitgerafeld stuk stof.Voor zijn werk in olieverf werd de methode tot 'grattage' omgevormd; hij legde het linnen, dat met verf was overgoten op een ruw oppervlak en bewerkte dan de verse verfmassa door ze af te schrapen.

Samenstelling van het bronmateriaal voor de vaklokalen uitsluitend en alleen ten behoeve van de vak ckv-1 uit het algemeen deel  voor havo en atheneum en het vak ckv vmbo en de kunstvakken uit het profiel C&M. (CKV 2/3 en tehatex) en uit de onderbouw het vak beeldende vorming. Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Bron: Sarane Alexandrian L'Art surrealiste Paris 69/Paul Klee Werner Haftman. Frankfurt 61/Bronnenbundels.

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten, afbeeldingen ed? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij helaas niet geven. In plaats hiervan geven we onder aan de pagina ruimte voor een eigen invulling of verwijzing naar internetpagina's.

23-12-2005