KUA Opdracht 6.2.B

Massacultuur in de 2e helft van de 20ste eeuw.

De figuratieve voorstelling in de schilderkunst: David Salle

Opdracht 1: Lees en bestudeer de gehele invalshoek 2

De figuratieve voorstelling in de schilderkunst is terug.

Het 'samplen' van beelden betekent een explosieve groei van de beeldende mogelijkheden. Stijlen en perioden worden vrijelijk door elkaar heen gebruikt en geheel volgens de regels van het eclecticisme van die tijd wordt de kunstgeschiedenis ruim geciteerd en zelfs ronduit geëxploiteerd. De geschiedenis gaat een vrolijk verbond aan met de actualiteit. De vruchten van dat verbond tonen zich behalve in een belangstelling voor oude meesters en klassieke technieken ook in de aandacht voor allerlei vormen van populaire cultuur zoals popmuziek, strips, de wereld van de reclame en volkskunst. Het putten uit de geschiedenis leidt tot een merkwaardige gelijkschakeling van de verschillende beeldfragmenten. Deze gelijkschakeling geldt ook de verschillende stijlelementen of compositorische principes. Abstractie en figuratie gaan daarbij hand in hand.

David Salle ontpopt zich, begin jaren tachtig, samen met Julian Schnabel en Eric Fischl tot een van de voormannen van de nieuwe figuratieve richting in de Amerikaanse schilderkunst.

Zijn schilderijen zijn compilaties van cinematografische en fotografische beelden die hij zorgvuldig samenbrengt met citaten uit de literatuur of de beeldende kunst. Zijn composities, vaak een optelsom van samengestelde beelden, worden gedragen door een groot gevoel voor het decoratieve, zichtbaar in het veelvuldig voorkomen van bijvoorbeeld repeterende grafische patronen.

Voor zijn schilderijen heeft Salle in de loop der tijd een heel arsenaal aan plaatjes verzameld. Ooit werkte hij op de productie-afdeling van een uitgever in New York die gespecialiseerd was in stuiversromannetjes en pornobladen. Daar 'raapte' de jonge kunstenaar heel wat foto's bij elkaar die hij later in zijn schilderijen verwerkte. Samen met fragmenten uit schilderijen van oude meesters als Courbet, Géricault of Picasso, worden deze beelden ondergebracht in de veelluiken die Salle maakt.

De beelden die Salie gebruikt ontleent hij aan de typisch Amerikaanse mix van 'low' en 'high' culture. Zonder dat Salie inhoudelijk expliciet aan die beelden refereert ontstaat hierdoor toch een duidelijke gelaagdheid in de betekenis van de werken, een suggestieve sfeer die het vrije associëren van het publiek aanmoedigt.

[vergroten]

 'Ugolino's room' 1990191, acryl- en olieverf op doek, 221 x 289,5 cm

Het eerste wat opvalt aan het bovenstaande schilderij "Ugolino's Room" is de vermenging van 'oude' en nieuwe beelden. De contouren van figuren uit de schilderkunst van de Renaissance, gegroepeerd in een klassieke compositie worden opzij gedrukt door moderne vrouwenportretten die als schilderijen in het schilderij zweven. Het broeierige van de monochrome portretten spat uit elkaar op de lege en soms felgekleurde gedachtenwolkjes boven de klassieke figuren. Om het raadselachtige beeld te completeren zijn er ook nog verwijzingen naar Afrikaanse sculptuur en lijntekeningen van twintigste-eeuwse vervoermiddelen als een auto of een fiets.

De titel van het werk zou kunnen verwijzen naar het noodlot van graaf Ugolino della Gherardesca, geboren in de eerste helft van de dertiende eeuw en gestorven in 1280. Deze vermogende edelman was een van de belangrijkste leiders van Pisa, maar werd van verraad beschuldigd omdat hij enkele kastelen had afgestaan aan Florence en Lucca. Hij werd, samen met twee zonen en twee kleinzonen, opgesloten in een toren waar hij na enkele maanden de hongersdood stierf. In de warreling van de beeldfragmenten van Ugolino's Room zet zich als een soort condens een overkoepelende emotie af in het schilderij. De lege tekstballonnen verhalen van dat gevoel in de torenkamer, de 'hongerkamer' van Ugolino en alle geïmplodeerde menselijke verlangens.

[vergroten]

Op Angels in the Rain, 1998, zien we een schilderij dat is onderverdeeld in drie grote vlakken, een dwarsbalk bovenin het doek en daaronder een groter vlak links naast een kleiner rechts. Alsof ze aan de bar van een café hangen, leunen twee geschilderde stenen engelen over de rand van het bovenste helblauwe vlak dat wordt gesierd met grote vallende regendruppels. Linksonder is een deel van een grijze racebaan te zien waar twee felgekleurde beren elkaar op fietsen achtervolgen. Rechts naast dit bizarre schouwspel heeft Salle een wirwar van lichtblauwe draden tegen een stroperig gele achtergond geschilderd. 

Opdracht 2: Bij de kunstwerken van David Salle is ook sprake van "verdwijnende grenzen" Verklaar.

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

Opdracht 3: Zou je de kunstwerken van David Salle 'post-modernistisch' kunnen noemen? Motiveer je antwoord.

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

De jaren tachtig zijn al vaker uitgeroepen tot de jaren van de filmische blik. Over schilderijen werd gesproken alsof het filmstrips betrof. In het kader van het postmoderne denken werd ieder werk kri- tisch bekeken op zijn filmische kwaliteiten. De montage was de beeldende troef.

De lokkende roep van film, televisie en video-clip deed in veel opzichten denken aan de beroering in de beeldende kunst naar aanleiding van de uitvinding van de fotografie, halverwege de negentiende eeuw. De fotografische uitsnede had destijds de verhouding van de beeldende kunst tot de werkelijkheid danig op zijn kop gezet. Maar, anders dan Walter Benjamin in 1935 in zijn opstel Het kunstwerk in het tijdperk van zijn technische reproduceerbaarbeid voorspelde, is de kunst niet van haar aura beroofd door fotografie en film. Integendeel, die technieken - inmiddels tot zelfstandige media verheven - brachten de kunst een scala aan nieuwe en specifieke mogelijkheden.

Een van de wervelende krachten van de post- moderne, filmische blik is het idee van de gelijktij - digheid. De veranderende kijkcodes dicteren dat het eenduidige en unieke afgezworen wordt ten gunste van het naast elkaar en gelijktijdig tonen van verschillende werkelijkheden. Inherent aan het tonen van die combinatie van werkelijkheden is de rol die het publiek nadrukkelijk opgelegd krijgt, namelijk die van zappende voyeur. De gejaagdheid van het beeld, dat als een reeks momentopnames is geconstrueerd, nodigt het publiek uit tot associatie en invulling van dat zelfde beeld.

[vergroten]

'Byron's reference to Wellington, 1987, acryi- en olieverf op doek, 259 x 264 cm

Opdracht 4: Lees bovenstaande tekst en vergelijk het bovenstaande schilderij van Salle met het verschijnsel video-clip. Geef overeenkomsten. Lees ook eerst les 6.1.4 en 6.4.5 over de video-clip en MTV.

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

Als 'machtige' beelden samenvallen is er geen uitleg nodig.

was de achterliggende gedachte en Salle begint te experimenteren met het filmische naast- en tegenover elkaar stellen van beelden die samen een vanzelfsprekend beeld van een tijdgeest opleveren.

Opdracht 5: Wat bedoelt de kunstenaar met het bovenstaande?

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

Opdracht 6: Ondanks het feit, dat Salle zich laat beinvloeden door de massa-cultuur, blijft zijn werk behoren tot de avant-garde. Ben je het met deze uitspraak eens/oneens? Motiveer je natwoord.

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................

einde