L'AXE HISTORIQUE DE PARIS |
|
Johan
Otto von Spreckelsen (1929-1987) Kijkend vanuit de Arche in de richting van het Louvre |
|
Dwars door Parijs loopt de
kaarsrechte, acht kilometer lange As, het symbool van Frankrijks macht
en grootheid. Onlangs werden twee 'grands projets' van Mitterrand
ingewijd, de Pyramide du Louvre en de Arche de la Défense,
die het begin- en het eindpunt van deze As markeren.
Het
oorspronkelijke idee was de historische as van de hoofdstad in la
Défense een eindpunt te geven door een hoge toren. Nadat verschillende
architecten zonder resultaat waren geraadpleegd, besloot men tot een
internationale wedstrijd. Pas in 1983 kwam de Deen Johan Otto von
Spreckelsen als winnaar van de 424 deelnemers uit de bus. Zijn 'boog'
kreeg van iedereen bijval. Deze kubus van meer dan honderd meter hoog,
bekleed met wit marmer, opent zich naar de horizon als 'een venster op
de wereld'. Het ontwerp past in de lijn van de geometrisch abstracte
vormen van la Défense en plaatst zich zelfverzekerd op de 'as', maar
zet zich af tegen de rest door de leegte die hij insluit. Maquettes van de Arche Voor
sommigen mag het een 'triomfpoort' zijn, voor anderen een 'open venster
op de toekomst', de monumentale waarde van de Arche is onbetwist. Paul
Andreu, de architect die het project heeft overgenomen, heeft verklaard
dat zelfs voor het in gebruik nemen de Arche al vele ingrijpende
veranderingen heeft ondergaan. Voor zijn dood heeft Von Spreckelsen zich
er echter van verzekerd dat de uitbreiding van de oppervlakken niet zou
leiden tot de verwoesting van de verhoudingen van het bouwwerk. Soms
betoonde hij zich daarbij onhandelbaar jegens ieder die het waagde
veranderingen aan te brengen en daarmee de zuiverheid van zijn ontwerp
aan te tasten. |
|
Beide bouwwerken liggen dan ook op de 'triomfweg': ze markeren er het begin- en het eindpunt van. Als men zijn oog langs deze acht kilometer lange as laat gaan, krijgt men het bezwaard gevoel niet enkel een stedebouwkundig ensemble te moeten beoordelen, maar meteen heel Frankrijks grootheid. Hier zijn ruimtelijke karakteristieken en historisch-politieke echo's ondeelbaar met elkaar verstrengeld. Deze lijn die, arbitrair en kaarsrecht als een haarscheiding, de hoofdstad doorkruist en een richting geeft - hierlangs is de stad allengs naar het westen gekropen, de oostelijke buurten aan hun lot overlatend - heeft alle machthebbers tot dusver gefascineerd. Zoveel macht is rond deze lijn samengebald geweest, zoveel wendingen in de Franse geschiedenis zijn er geënsceneerd dat de As kortweg macht betekent, van welke aard dan ook, en in overdrachtelijke zin roem, grootheid en triomf, of die nu de vaderlandse troepen of pezige wielrenners betreft. Om
de metafoor van de leegte voort te zetten hield Von Spreckelsen in het
bijzonder vast aan het benadrukken van het contrast tussen het exterieur
en het interieur door op de binnengevels van de kubus een bepaalde stof
aan te brengen die niet op de buitengevels aanwezig was. Daarom zijn de
binnenwanden in tegenstelling tot de gladde en weerkaatsende buitenwanden
bekleed met geanodiseerd aluminium in cassettevorm die aan de bekleding
van Romeinse gewelven herinneren. |
|
|
|
Het Louvre moest nodig verbouwd worden: er was behoefte aan expositie-ruimte, aan museuminfrastructuur, aan ontvangstruimten voor het publiek en aan enige overzichtelijkheid die de wankelmoedige bezoeker niet van meet af aan ontmoedigt. In 1959 wordt aan de overzijde van de Pont Neuilly de zakenwijk La Défense gepland. De wijk slaat aan en kent een gezonde aanwas van torens, die in het masterplan bepaalde hoogtes ruimschoots overtreffen. Het Louvre, voorheen vorstenpaleis, wordt voortaan nog uitsluitend met de prestaties van de westerse cultuur geassocieerd. De Arche van haar kant zou eerst een vage bestemming krijgen die verband hield met communicatie, maar wordt uiteindelijk toegewijd aan de verdediging van de mensenrechten. De keuze van I.M. Pei als architect van het Grand Louvre hoeft niet te verwonderen: het is niet de eerste keer dat zijn architectuur moderne bewindslieden bekoort. |
|
Pei besteedt een scrupuleuze zorg aan bouwkundige
detaillering, tot iedere bijkomstige geleding, elke de aandacht
trekkende voeg, kortom ieder overbodig vertoon van materiaal is
weggewist; aansluitingen moeten naadloos zijn. Pei gebruikt
lichtkoepels, pyramidions geheten, om het ondergrondse Louvre te
verlichten: de ene pyramidion die terecht komt in het brandpunt van de 'voie
triomphale' zwelt natuurlijkerwijs tot monumentale afmetingen. De
precieze betekenis van Pei's piramide is dus het snijpunt van twee
betekenislijnen, een triviale (lichtkoepel) en een grandioze (monument).
Deze goed gedoseerde dubbelzinnigheid vormt haar bestaansreden.
Wezenlijk voor Pei's piramide is dat ze er tegelijkertijd is en niet is.
Zoals de vijvers van Le Nótre in de Jardin des Tuileries, vormt ze een
transparant obstakel dat de as markeert, door zijn aanwezigheid tot een
omweg verplicht maar toch het zicht op de As vrijwaart.
Het 'er-niet-zijn' van de piramide is tot uitdrukking
gebracht door haar op een watervlak te plaatsen, en door transparantie.
Technocraten die met overblijfselen van het verleden geconfronteerd
worden leggen gewoonlijk een specifiek mengsel van respect en
respectloosheid aan de dag: drastische ingrepen worden met de nodige
tact omkleed. In het geval van het Louvre heeft deze handelwijze
boeiende vruchten afgeworpen. In stedebouwkundig opzicht heeft Pei het
eerste en het oudste, tevens voor de voetganger tastbaarste deel van de
voie royale in ere hersteld: het tracé over de Cour Carrée, onder de
Richelieu-vleugel door naar de Cour Napoleon en de Place du Carroussel,
waar de As zich oplost in de uitgestrektheid. Maar tegelijkertijd
creëert hij onder de piramide een ondergrondse attractie die ook na
sluitingstijd toegankelijk is.
I
Ming Pei (China 1917, sinds 1954 Amerikaans staatsburger) Met
de glazen piramide heeft Pei de entree van het Louvre opgeknapt en
uitgebreid met een ondergronds complex. Hoewel hij er de proporties van
de grote piramide van Gizeh aan heeft gegeven (met een hoogte van 21,6,
een basislijn van 43,2 meter en een hellingshoek van 50,7 graden), wijst
Pei elke verbinding met de Egyptische grafmonumenten af. Zijn inspiratie
voor de ingreep op de Cour Napoléon heeft hij volgens zijn zeggen bij
de tuinman van Louis XIV gevonden: in de uitgewogen geometrische
tuinaanleg van Le Nótre. Pei heeft een verfijnde samenhang weten te
brengen tussen de bestaande gebouwen en zijn piramide. Zeven bassins
omringen deze piramide; de reflectering van zonlicht en gebouwen in glas
en water zorgt voor een levendig effect. De granieten bassinranden
vormen een uitnodiging aan het publiek erop plaats te nemen. |
|
Drie triomfbogen van toenemende grootte die,
aaneengeregen door acht kilometer perspectief, in elkaar passen als
Russische poppetjes (de grootte van de Arche werd zo berekend dat ze de
hele Champs Elysées lang in het vizier van de Arc de Triomphe past):
het is explosieve materie.
Von Spreckelsens Arche drijft de abstractie van La
Défense op de spits. De geometrische behandeling van de buitenwanden
geeft geen schaal-aanduiding. Onderkant, bovenkant en zijkanten zijn
gelijke vlakken, met een gelijke dikte en op gelijke wijze naar de
randen toe afgeschuind om ze dunner te doen lijken. Hierdoor is zelfs de
meest evidente, aan de constructie inherente oriëntatie die verticaal
onderscheidt van horizontaal, geëlimineerd. (...) De trappen in de
onderste afschuining brengen dan weer wel enige differentiatie aan
tussen verticaal en horizontaal, wat de abstractie behoedt voor het
excessieve. Maar waar de torens van La Défense, volgens het gezonde
economische verstand, volle prisma's zijn, is de Arche een hol prisma.
Het prisma van de Arche omschrijft ruimte die niet geëxploiteerd kan
worden. Zijn compactheid is niet ingegeven door
rentabiliteits-overwegingen. In deze radicale verkwisting ligt zijn
kritiek besloten op het kapitalistische universum waar hij vertoeft.
|
|
|
La Défense is a key suburb of Paris and is one of the largest business centres in the world. La Défense consists mainly of business highrises. Initiated by the French government in 1958, the district hosts 3.5 million m² of offices, making of it the largest district in Europe specifically developed for business. The Grande Arche (Great Arch) of la Defense, which houses a part of the French Transports Minister's headquarters, ends the central Esplanade around which the district is organized. |
De wijze waarop Von Spreckelsen de opdringerige
retoriek van de As pareert, is niet minder effectief. Door een kleine,
goed waarneembare hoekverdraaiing ten opzichte van de As - dezelfde als
van de Cour Carrée -drukt zijn Arche voorbehoud, een zekere
afzijdigheid uit. Eerder
dan een poort ziet men thans een venster, een raam, een kader. De
versteksgewijze afschuiningen van de vierkant-zijden dragen natuurlijk
aanzienlijk bij tot deze begripsverschuiving. Wat is er in dat raam te
zien? Het is niet Parijs, dat in de verte door zijn 'voie triomphale'
aan de voet van La Défense is vastgeklonken: de afstand en de hoogte
maken het daarvan los. Het raam is te groot voor een raam op de
omgeving; het richt de blikken hoger, naar de lucht, naar ongeziene
verten. Het is een venster op de wereld, heeft Von Spreckelsen eenvoudig
en naar waarheid gezegd.
|
|
|