Bauhaus

In 1919 werd het Bauhaus in Weimar opgericht. Het was een instituut dat zich ging bezighouden met vormgeving en gericht was op het ontwerpen en vervaardigen van functionele en voor ieder bereikbare producten.

Kunstenaars werden ingeschakeld om de opleiding vorm te geven. De ontwerpen waren gebaseerd op een mechanische massaproductie.

Vormgevers die aan het Bauhaus werden opgeleid waren all-round. Na een inleidend jaar, waarin kennis gemaakt werd met diverse materialen, verwerkingsmethoden en vormgevingstheorieën, volgde een driejarige cursus, gekenmerkt door onderzoek van diverse materialen en beeldende middelen.

In deze periode volgen grondige theoretische studies en experimenten. In de afsluitende periode volgde de opleiding tot architect, waarin constructieleer, met name de ijzer- en betonconstructie, aan de orde kwamen. De architectuur werd gezien als een allesomvattende ordening van de beeldende kunsten.

In 1933 werd het Bauhaus door de Nazi's gesloten, waarna veel docenten naar de Verenigde Staten vert rokken.