De Grieken vereerden hun goden en godinnen. Daarom bouwden de Grieken tempels.  In het begin werd gebruik gemaakt van hout met lemen wanden. Later ging men over op stenen blokken, die men op elkaar stapelde. Het dak bleef van hout, maar werd belegd met stenen dakpannen. Bekijken we een tempel, dan zien we een rechthoekige zaal op een verhoging van drie treden. Op deze verhoging staan zuilen. Bovenaan een zuil bevindt zich het kapiteel, eigenlijk een soort overgang naar het dak. Die kapitalen komen in latere tijden ook voor in de bouwkunst. Bovenop de zuilen bevindt zich een soort dwarsbalk van steen: de architraaf. Hierboven zien we een driehoekig dak, het tympaan. In het tympaan worden beelden geplaatst. Als je verschillende tempels bekijkt, zie je dat de kapitalen verschillend kunnen zijn.

Er zijn drie soorten kapitelen:

- Het Dorisch kapiteel dat de oudste en eenvoudigste is.

- Het lonisch kapiteel met twee krullen. 

- Het Korintisch kapiteel waarin je bladvormen herkent.

De manier waarop de Grieken bouwden, zien we later terug bij de Romeinen, maar ook in de 14e, de 15e en de 19e eeuw. Deze Romeinse tempel staat in de Nimes (Frankrijk) en je ziet het korintisch kapiteel. Het is een voorbeeld van architraafbouw: de zuilen dragen de architraaf.

  1/2 (klik om te vergroten)

Geef de afbeeldingen de juiste begrippen. Maak een keuze uit: zuil basement kapiteel dorisch ionisch korintisch architraaf

29-12-2009 digischool bevo