Op munten zie je heel duidelijk een voorstelling: ze zijn helemaal niet plat maar tot stand gekomen door hoogteverschillen. Een afbeelding met hoogteverschillen noemen we reliëf. Omdat de hoogteverschillen echt zijn en niet gesuggereerd spreken we van ruimtewerking.

Er bestaan twee vormen: 

• men kan de voorstelling in het oppervlak van het materiaal maken (Bas-reliëf) De vormen zijn verdiept in het vlak aangebracht. We spreken dan van verzonken of hol reliëf. 
• men kan het materiaal dusdanig bewerken dat de voorstelling als het ware op het oppervlak komt te liggen (Haut-reliëf).De vormen steken boven het vlak uit:  

Afbeelding 1: vlakrelief; de vormen steken minder dan de helft boven het vlak uit.

Afbeelding 2: verheven reliëf;de vormen steken voor de helft boven het vlak uit.

Afbeelding 3: de vormen steken voor meer dan de helft boven het vlak uit; we spreken nu van hoog reliëf.

[klik voor vergroten]

De beeldhouwer Ghiberti maakte voor de doopkapel van de dom in Florence de zogenaamde Paradijsdeuren. Je ziet hier een van de 10 taferelen, voorstellende de oversteek van de Jordaan. 

Je ziet, dat Ghiberti verschillende soorten relief gebruikt in een tafereel: vlakrelief 

Hoogrelief bij de figuren onderaan het tafereel; Let ook op de overstekende figuren bij de rand! Op de volgende afbeelding, die je weer moet vergroten door er op te klikken, zie je een ander tafereel van deze Paradijsdeuren: de koningin van Sheba bezoekt koning Salomon. Let weer op het gebruik van de reliefsoorten, die zo weer samen de ruimtelijkheid vergroten.

02-01-2010 digischool bevo