CKV-2/ Opdracht 3.3.B

Burgerlijke Cultuur van de 17e eeuw.    VWO 5

SCHILDERKUNST 17-DE EEUW: Het oordeel van Paris

Samenstelling: 12-17-2014 SGGroenewald


Het beeld van de Gouden Eeuw wordt gevormd door hun stadsgezichten, landschappen, interieurs, stillevens en portretten. En alles 'naar het leven gedaen': genre-stukjes met mensen van vlees en bloed met deugden en vooral ondeugden in nauwe straatjes en benepen interieurs, weidse landschappen met vee, zeegezichten en vazen vol tulpen, kortom het zeventiende-eeuwse Holland zoals het in ieders hoofd zit.

Toch was er in die tijd ook een groep schilders die vanuit een heel andere stijlopvatting werkten. Zij gingen niet uit van de alledaagse realiteit maar construeerden taferelen op basis van verhalen uit de klassieke oudheid. Hun figuren modelleerden ze naar sculpturen uit diezelfde oudheid en plaatsten deze in niet bestaande arcadische landschappen en paleisachtige constellaties. Hun geïdealiseerde wereld bevolkt door mythologische figuren of bijbelse personages, en rijkelijk voorzien van klassiek naakt, stond ver af van het leven van alledag waarmee de realistische school goede sier maakte. Ook de opdrachtgevers van de Classicisten, het hof en de klassiek geschoolde intelligentsia, voelden zich ver verheven boven de dagelijkse beslommeringen van de burgerij. Daarmee is ook de voorkeur verklaard van de klasse van machthebbers voor het Classicisme: deze stijl was de bevestiging van hun status en de idylle waarin zij in hun fraaie buitenhuizen en paleizen leefden. Een kunst gestoffeerd met wezens en verhalen die zij als klassiek geschoolden tot hun belevingswereld konden rekenen, was in zekere zin hún werkelijkheid.

Het oordeel van Paris

Het oordeel van Paris in het Louvre

De sterveling Paris, een Trojaanse koningszoon, krijgt van Jupiter de opdracht om te beoordelen wie van de drie godinnen, Venus, Juno en Minerva de mooiste is. Deze drie godinnen betwisten elkaar de gouden appel met het opschrift 'voor de schoonste', die door de godin van de twist werd geworpen tijdens een godenfeest ter ere van de bruiloft van Peleus en Thetis. Nadat zij voor Paris geparadeerd hebben en hem allerlei fraaie beloftes hebben gedaan, geeft hij de appel aan Venus. Zij had hem de schoonste vrouw ter wereld, de Griekse Helena, beloofd.

Marcantonio Raimondi 1520  Het oordeel van Paris   Gravure

Voor de schilders was dit uiteraard een aantrekkelijk onderwerp, omdat het een uitdaging was tot het schilderen van de drie schoonst denkbare vrouwen. Het naakte lichaam kon van drie kanten, van voren, van achteren en van opzij getoond worden. Van deze scêne bestond een beroemde prent naar Rafael, waarvan de compositie zich als een soort basisschema in het geheugen van schilders lijkt te hebben vastgezet

Jacob Wttewaal  Het oordeel van Paris 1615  Paris geeft de appel aan Venus, wat geen goede keus is!

In Nederland werd dit onderwerp diverse malen uitgebeeld door de Utrechtse schilder J. van Wffewael, die behoort tot de oudste generatie van de l7de eeuwse historieschilders, de 'Hollandse maniëristen' genaamd  Zij werkten in een karakteristieke stijl die rond 1585 bij de Haarlemse kunstenaar Van Mander, Goltzius en Cornelis Cornelisz. van Haarlem tot ontwikkeling kwam en die sterke banden had met verwante stromingen in o.a. Italië en Frankrijk. Hun stijl wordt gekenmerkt door een grote gekunsteldheid in houdingen en gebaren van de menselijke figuren. Deze 'maniëristen' schilderden hun mythologische onderwerpen vooral voor een clientèle van humanistisch geschoolde opdrachtgevers. Wttewael, die tot in de l7de eeuw nog enige decennia in deze stijl bleef werken, lijkt zich te concentreren op een zo gecompliceerd en gevarieerd mogelijke weergave van houdingen en bewegingen. Hij put zich uit in het weergeven van vele draaiingen en wendingen der ledematen, zodat zijn virtuositeit-een bij deze schilders hooggeschatte kwaliteit- duidelijk naar voren komt. Van een verhalende scène is bijna geen sprake, de personen lijken zich nauwelijks bewust te zijn van wat er gebeurt: men zou zelfs kunnen zeggen dat de verhalende aspekten zoveel mogelijk onderdrukt zijn.

Deze wijze van uitbeelden staat in scherp kontrast met die van bijvoorbeeld Rubens in de Zuidelijke Nederlanden, die het dramatische moment en de reakties daarop juist benadrukt. Op de achtergrond van het schilderij van Wttewael zien wij de bruiloft van Peleus en Thetis afgebeeld, de gebeurtenis die aan de hoofdscène 'het oordeel van Paris' voorafging. Een dergelijke gelijktijdige weergave van gebeurtenissen, die zich op verschillende momenten afspelen - een nogal ouderwetse manier om een verhaal uit te beelden - komt bij deze 'maniëristen' nog dikwijls voor.

Cornelis Cornelisz. van Haarlem, 'De bruiloft van Peleus en Thetis', 1592, Frans Halsmuseum, Haarlem.

Dit godenfeest gaf schilders alle gelegenheid zich uit te leven in de weergave van de naakte figuur in verschillende houdingen. Het eigenlijke thema wordt daardoor overstemd: het bruiloftsmaal vindt op de achtergrond plaats. Rechts in de verte op het heuveltje is het Oordeel van Paris te zien, de zo beslissende gebeurtenis, die volgens de antieke mythologie direkt volgde op dit huwelijk.

  detail van het oordeel van Paris

Op een groot schilderij van Cornelis Cornelisz. van Haarlem uit 1592 is het huwelijk van Peleus en Thetis hoofdthema; op de achtergrond speelt zich het oordeel van Paris af .Dit godenfeest was vooral bij de Hollandse maniëristen een geliefd thema; later in de eeuw komt men het nauwelijks meer tegen. Ook hierbij konden zij zich uitleven in het schilderen van talloze naaktfiguren, in vele houdingen en standen. Men moet heel goed kijken om te zien dat Jupiter, die geheel op de achtergrond maar precies in het midden zit, de appel in de hand heeft en dat links boven Discordia, de godin van de twist, weg-vliegt: het enige waaruit blijkt wat het schilderij eigenlijk voorstelt. Dergelijke goden-feesten kwamen al eerder in de Italiaanse kunst voor en konden worden ingevuld met verschillende thema's zoals het huwelijk van Amor en Psyche, waarvan Rafael een beroemd fresco maakte. In Nederland hebben dergelijke scènes bijna altijd het huwelijk van Peleus en Thetis tot onderwerp.

oordeel4.jpg (103795 bytes) Paulus Moreelse: Het oordeel van Paris. 1631 [te vergroten]

Wie van hen drieën de mooiste aller vrouwen is, dat was wat Hera, Athena en Aphrodite el- kaar betwistten. Geen van de Olympische goden wilde zijn handen branden door een vonnis uit te spreken, dat werd aan de sterveling Paris overgelaten. Alsof de kunstenaar de beschouwen even de plaats van Paris wilde laten innemen bij het oordeel, werd in de zeventiende eeuw meestal het moment afgebeeld waarop de drie godinnen zich naast elkaar voor hem hebben opgesteld. Maar op het paneel van de Utrechtse schilder Paulus Moreelse (1571-1638) heeft de prins zijn voorkeur al te kennen gegeven: het is de godin van de liefde aan wie hij de gouden appel overhandigde. De liefde van de mooiste vrouw ter wereld, Helena, was de beloning die hij van Aphrodite kreeg. Goed afgelopen is dat niet: Paris' keuze betekende het begin van de tienjarige oorlog die de ondergang van Troje en het Trojaanse volk zou worden. Een Paris-oordeel is dan ook spreekwoordelijk voor een slechte keuze.

 

1.- Vergelijk de drie afbeeldingen met elkaar. (Cornelis Cornelisz. van Haarlem,Jacob Wttewaal en Paulus Moreelse) en geef overeenkomsten en verschillen.

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

2.- Deze onderwerpkeuze was om meer dan een reden erg geliefd bij kunstenaars. Geef deze redenen aan.

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

3.- Wie kocht dit soort kunst? Geef ook aan waarom.

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

...........................................................................................................................................................

 

 

einde