Het pantheon in Rome en de koepel van Brunelleschi

Het pantheon in Rome:

Het Pantheon in Rome is een uitstekend bewaard gebleven tempel op de voormalige Campus Martius. Het bestaat uit een enorme rotonde, door een koepel overdekt, en een grote, door zuilen geschraagde voorhal, door een rechthoekig tussenstuk daarmee verbonden. Hoogte en middellijn van de rotonde zijn ongeveer gelijk (ca. 43 m). Aan de binnenkant is de muur geleed door een ingangsboog en zeven, afwisselend ronde en rechthoekige nissen. De koepel is van beton, heeft een cassettenzoldering en, in het midden, een opening van ca. 9 m, waardoor het (enige) daglicht binnenvalt. Het Pantheon werd oorspronkelijk door Agrippa (ca. 25 v.C.) gebouwd, doch dateert in zijn huidige vorm uit de tijd van Hadrianus (tussen 118 en 128 n.C.).

2. Parijs
Het Panthéon in Parijs, oorspronkelijk bedoeld om de kerk van de abdij Ste-Geneviève te vervangen, werd tussen 1764 en 1790, naar voorbeeld van het Romeinse Pantheon, gebouwd, deels door Soufflot, deels door zijn leerling Rondelet. In 1791 werd de kerk door de Constituerende Vergadering bestemd tot Temple de la renommée, waarin beroemde burgers in een eregraf zouden worden bijgezet (o.a. Mirabeau, Voltaire, Rousseau). Na onder Napoleon, Louis Philippe en Napoleon III afwisselend kerk en begraafplaats te zijn geweest, bleef het dit laatste vanaf 1885. Het interieur is o.m. versierd met muurschilderingen van Puvis de Chavannes (scènes uit het leven van de H. Geneviève).


















De Koepel van Brunelleschi:

De dom (Santa Maria del Fiore) domineert door zijn enorme, met rode pannen bedekte koepel het stadsbeeld. Arnolfo di Cambio begon in 1296 met de bouw van de kerk, voortgezet door Giotto di Bondone, Andrea Pisano, Francesco Talenti e.a. Filippo Brunelleschi ontwierp in 1420 de koepel, voltooid kort na 1436.

Brunelleschi, Filippo (Florence 1377 – aldaar 15 april 1446), Italiaans architect en beeldhouwer, was de eerste renaissance-architect en een van de grootsten. Zijn hoofdwerken staan in Florence. In Rome werden klassieke bouwwerken door hem opgemeten en vooral onderzocht op hun constructieve elementen en ruimtewerking. Brunelleschi's poging om zijn gegevens goed op papier te krijgen bracht hem tot het uitvinden van het lineair perspectief het werken met verdwijnpunt(en) waar alle zichtassen samenkomen; een middel om de driedimensionale ruimte op een vlak oppervlakte weer te geven, waarbij alle afstanden meetbaar zijn. Deze wetenschappelijke ontdekking had een enorme uitwerking op de kunsten.

Kenmerkend voor de nieuwe architectuur is helderheid de betekenis van elk onderdeel moet duidelijk zijn, zo ook de onderlinge relatie van de delen. Ander kenmerk is de toepassing van onderdelen ontleend aan de klassieke oudheid zuilen, lijstwerken en frontons. De combinatie van zuilen en bogen is daarentegen ontleend aan Toscaanse gebouwen uit de 11de en 12de eeuw, zoals de S. Miniato al Monte in Florence. In de zwikken tussen de bogen zijn medaillons van Andrea della Robbia aangebracht. De opdracht de koepel van de dom in Florence (1420–1436) te bouwen, stelde Brunelleschi door de omvang en de constructie voor problemen; als oplossing hiervoor gebruikte hij een constructiewijze in horizontale lagen (net als het Pantheon te Rome), bracht hij twee afzonderlijke schalen aan die elkaar wederzijds steunen (de koepel werd zodoende lichter qua gewicht), alsmede verticale ribben (net als in de gotiek). Verder gaf hij de koepel een slank profiel, zodat sprake was van minder zijwaartse druk.



Het Pantheon in Rome en de koepel van Brunelleschi

Deze koepel van het Pantheon is compleet rond en helemaal gesloten op de bovenste cirkel na. Deze cirkel is ten eerste open gelaten omdat het constructief heel moeilijk was om uit te voeren en omdat deze cirkel nu voor het licht der hemels staat. De plattegrond is een pure cirkel.
De koepel van Brunelleschi is niet helemaal rond, maar heeft meer iets weg van een halve ovaal en bovenop heeft hij een lantaarntje geplaatst. De plattegrond heeft ook i.p.v. een cirkel iets meer weg van een achthoek (zeshoek?????).
De koepel van Brunelleschi is veel lichter door de verticale ribben die hij erin geplaatst heeft. De koepel van het Pantheon is heel fors en het oogt net alsof het wil zeggen: Ïk blijf hier voor altijd staan, mij krijg je niet opzij.”( Dit zal inderdaad ook wel niet lukken). De koepel van Brunelleschi oogt meer alsof het elk moment weg kan waaien. De koepel van Brunelleschi is ook en stuk smaller dan de koepel van het Pantheon.