Spot op... Frida Kahlo |
|
|
Alhoewel Frida Kahlo beweerde dat ze geboren was in 1910, het jaar van de beroemde Mexicaanse revolutie van Zapata en Pancho Villa en ze zichzelf een dochter van de revolutie noemde, was dit niet waar. In werkelijkheid is ze geboren op 6 juli 1907 in Coyocan een voorstad van Mexico Stad. Ze is de derde dochter van Wilhelm Kahlo, een joodse fotograaf van Hongaarse afkomst en Matilde Calderon, die half indiaans was. Op haar zesde maakt ze voor het eerst kennis met zware ziekte en pijn wanneer ze kinderverlamming krijgt. Ten gevolge hiervan blijft haar rechterbeen dunner en loopt ze lichtelijk kreupel. |
Maar voor het zover is heeft ze nog een heleboel dingen gedaan. Dankzij haar wilskracht en levenslust en natuurlijk een aantal operaties en pijnlijke behandelingen, kan ze twee jaar later opnieuw een praktisch normaal leven leiden. Wel voelt ze zich doorlopend vermoeid en heeft ze pijn in haar rug en haar been. Terwijl ze verplicht dagenlang in bed doorbrengt, onbeweeglijk in een korset, installeert haar moeder een spiegel boven haar hoofd zodat ze zichzelf kan zien. Om de tijd door te brengen begint ze te tekenen en te schilderen wat ze ziet, namelijk zichzelf. Haar eerste schilderij en een deel van haar later werk zijn dan ook een zelfportretten. Wanneer ze weer op de been is maakt ze kennis met een aantal linksgezinde kunstenaars en intellectuelen. In het huis van de communistische fotografe Tina Modotti wordt ze voorgesteld aan Diego Rivera, toen al de beroemdste schilder van Mexico en vooral bekend om zijn monumentale muurschilderingen met de revolutie als onderwerp. Ze trouwen al snel, in 1929, niettegenstaande het grote verschil in leeftijd en uiterlijk: Frida Kahlo is tweeëntwintig, Diego Rivera tweeënveertig, Frida is slank en Diego veel te dik. De ouders van Frida noemen het zelfs een huwelijk tussen een olifant en een duif. Na een tijdje gaan ze bij de ouders van Frida wonen in het blauwe huis, dat haar vader had laten bouwen maar dat Diego Rivera heeft afbetaald omdat de ouders van Frida dit niet meer kunnen: de medische onkosten van hun dochter hebben hen volledig verarmd. Diego Rivera geniet een onbegrijpelijke populariteit bij vrouwen gezien zijn omvang, zijn uitpuilende ogen en zijn extravert karakter met een neiging tot wreedheid. Hij is al twee keer getrouwd geweest en heeft altijd maîtresses gehad waaronder Paulette Godard. Ook zijn huwelijk met Frida Kahlo verandert hier niets aan, hij zal zelfs met haar jongere zuster Cristina naar bed gaan. Op het einde van de jaren dertig komt het tot een scheiding, maar in 1940 hertrouwen ze. Voor ze opnieuw trouwen stelt Frida enkele voorwaarden en één van de belangrijkste overeenkomsten is dat ze geen andere seksuele relaties meer zullen hebben, waarna ze opnieuw gaan samenwonen in het blauwe huis. Ook op politiek vlak is de loopbaan van Diego Rivera nogal chaotisch: eerst is hij communist, dan trotskist - volgens hem zorgt hij er voor dat Trotski asiel krijgt in Mexico - om daarna weer communist te worden en te beweren dat hij Trotski alleen maar naar Mexico had gehaald om hem te kunnen laten vermoorden. Frida is zelf een fantastische verschijning met prachtige ogen en mond, borstelige doorlopende wenkbrauwen en een snor (in Mexico een bewijs van Spaanse voorouders). Zij kleedt zich zoals de indiaanse Tehuana-vrouwen in lange gewaden die ritselen van de kant en de ruches, ze vlecht linten, bloemen en fluweel in haar haar en is overladen met zware pre-Columbiaanse juwelen. Zich kleden was ook een uiting van haar artistiek talent. In 1939, tijdens haar verblijf in Parijs ter gelegenheid van haar tentoonstelling blijft ze niet onopgemerkt: Elsa Schiaparelli crëert de ‘Madame Rivera-jurk’ en op een omslag van Vogue staat Frida’s hand vol ringen. Ook Frida hecht veel belang aan seks, zij is biseksueel en heeft talrijke minnaars waaronder kunstenaars van beiderlei kunne en ze heeft zelfs een korte verhouding met de oude Trotski vlak na zijn aankomst in Mexico. Wanneer Trotski vermoord wordt is ze al teruggekeerd tot het stalinisme, en ze wordt zelfs een moment aangehouden verdacht van medeplichtigheid aan de moord. Van haar relaties met vrouwen is Diego op de hoogte, die met mannen moet ze verborgen houden vanwege zijn jaloezie. Frida maakt kleine schilderijen en is zeer bescheiden over haar kunst. Jarenlang weigert ze iets van haar werk te laten zien tot Rivera haar praktisch dwingt te exposeren in New York in 1938. Hier leert ze André Breton kennen, de voornaamste theoreticus van het surrealisme. Een jaar later exposeert ze in Parijs waar ze omgaat met de grote kunstenaars van die tijd o.a. Picasso, Kandinsky, Miro. Ondertussen gaat ze fysiek achteruit, zoals ze zelf schrijft in haar dagboek: ‘Ik ben de desintegratie in persoon’. Haar voet zweert weg, haar rug groeit krom, ze heeft verscheidene miskramen en zal nooit kinderen krijgen. Vanaf 1944 tot haar dood verslijt ze achtentwintig korsetten, in het totaal ondergaat ze minstens tweeëndertig chirurgische ingrepen, en ze wordt afhankelijk van morfine tegen de pijn. In april 1953 wordt Frida’s eerste grote tentoonstelling in Mexico geopend. Gezien haar gezondheidstoestand denken de organisatoren dat ze niet zal kunnen deelnemen aan de vernissage, maar Diego laat haar hemelbed in het midden van de expositiezaal zetten en Frida wordt met een ambulance naar de opening gebracht. Terwijl ze helemaal opgedoft en schitterend van de sieraden in bed ligt komen al haar vrienden haar begroeten en lijkt het hoe langer hoe meer op een officiële afscheidsceremonie. Ze krijgt gangreen in haar rechterbeen en in augustus 1953 wordt dit geamputeerd vanaf de knie. De verdovende middelen en een fles cognac per dag zijn er de oorzaak van dat ze nog maar weinig schilderijen maakt, maar ze klampt zich meer en meer vast aan het communistische dogma als een soort vervangende godsdienst. Omdat ze bijna niet meer kan werken wordt ze hoe langer hoe depressiever. Ze krijgt een longontsteking waarvan ze maar langzaam herstelt. Toch neemt ze, in een rolstoel, nog deel aan een communistische manifestatie op 2 juli 1954. Ze sterft op 13 juli 1954 aan een longembolie en krijgt een officiële begrafenis bijgewoond door vrienden van de familie, kunstenaars en politici waaronder de president van Mexico. Het blauwe huis waarin ze zo lang gewoond heeft wordt door Diego Rivera veranderd in een museum ter ere van Frida Kahlo. Behalve schilderijen van haar brengt hij er ook zijn verzameling pre-Columbiaanse voorwerpen in onder. Ook nu is Frida Kahlo nog steeds zeer bekend en onlangs werd er nog een film over haar leven gemaakt. Samenstelling
Bronvermelding: Dit korte overzicht werd gebaseerd op de volgende documentatie beschikbaar in de RoSa-databank:Trefwoord: Kahlo Frida Jamis,
Rauda Montero,
Rosa Herrera,
Hayden De Ruyck, Jo Spreeuwenberg, Liesbeth Ter info: er is nog veel meer documentatie beschikbaar over dit onderwerp in de RoSa-databank
| |