Het martelaarschap van de heilige Laurentius

In het Rijksmuseum bevindt een schilderij (ca 1410), dat is toegeschreven aan de Venetiaanse schilder Jacobello del Fiore. Het stelt de H. Laurentius voor, die zich van zijn martelwerktuig, het rooster, biddend opricht tot God. De concentratie op het hogere doet hem kennelijk de pijn vergeten. Er is zelfs een middeleeuwse legende die vertelt, dat Laurentius toen hij aan één kant goed geroosterd was, vroeg om gekeerd te mogen worden. Zo graag wilde hij branden voor de Heer. Rechts van de heilige staan twee ruwe mannen, die het vuur moeten opstoken. Links knielen twee nonnen, kennelijk de opdrachtgevers. Waarschijnlijk was het schilderij een onderdeel van een altaarstuk. De tekstbanden geven aan de voorstelling een heel eigen karakter. Ze hebben dezelfde functie als de wolkjes van een stripverhaal: de tekst geeft aan wat de afgebeelde personen te zeggen of te denken hebben.
Hoewel de latijnse teksten fragmentarisch zijn en mede daarom moeilijk te vertalen, is het toch niet erg moeilijk om hun inhoud te begrijpen. Laurentius bekent zich Christus’ slaaf en smeekt hem, of hij met diens zoete kracht vervuld mag worden. Zoals elke ordentelijke martelaar wil hij Christus navolgen en bidt hem om kracht voor die ‘imitatio’. Die geslaagde navolging brengt martelaren in de positie van voorsprekers voor de gelovigen. De nonnen bidden dan ook, of hij hun voorspraak wil zijn. In de voorstelling komt Laurentius’ status als tussenpersoon goed tot zijn recht en de teksten zijn een extra bevestiging van die situatie.
Het bijzondere van deze kompositie is dat twee aspecten van de heilige tegelijk zijn weergegeven. Er zijn voorstellingen van heiligen als voorsprekers en daarnaast afbeeldingen van zijn martelaarschap. Hier is uitgebeeld, dat in zijn martelaarsschap de motivering van zijn rol als voorspreker ligt. Daarom moet de heilige zich in zo’n onmogelijke bocht wringen. Hoe onmogelijk ook, de funktie van de beeldformule is duidelijk, ook zonder tekst komt Laurentius in deze stand ook herhaaldelijk voor zonder die verbale extra’s. Eigenlijk is de tekst in beeld hier ‘dubbelop’, omdat de beeldvorm op zichzelf al sprekend genoeg is.

Laurentius roept Christus aan: “fortitudo dulcis sit me iesu criste. Quia servus tuus et devote iste”.

De nonnen bidden: “Laurenti pie devote mei. Rogo tei grati iulia (?)dulcis... (eige?) sit me advocato (et?) fidele dei.”

 

Samenstelling bronmateriaal ten behoeve van kunstvakken voor havo en vwo in het profiel C&M..  Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Bron oa Openbaarkunstbezit 0ktober 79

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven

18-06-2008