|
|
In de wandschilderingen, die Antoon Derkinderen in de jaren tachtig en negentig
van de 19de eeuw voor het stadhuis van Den Bosch vervaardigde, heeft hij door een strakke
kompositie en gedempte kleuren geprobeerd een eenheid tussen schilderkunst en architectuur tot stand te brengen.
A.Derkinderen, Des Arbeids Harmonie (fragment van de tweede Bossche wandschildering), 1896. Stadhuis, Den Bosch. Die fresco-achtige techniek heeft hij ook toegepast in een niet monumentale opdracht, het drieluik, dat hij in 1894 voor de familie Tutein Nolthenius maakte met de portretten van de kinderen Paul, Bessy en Arthur. Evenals in zijn Bossche wandschilderingen heeft hij hier teksten zonder meer in het beeldvlak gezet. |
|
|
Antoon Derkinderen heeft hier teksten zonder meer in het beeldvlak gezet. |
Dit voorbeeld is karakteristiek voor de soepeler houding ten opzichte van teksten op schilderijen, die tegen het einde van de eeuw merkbaar wordt. In 1891, op een vergadering van een vereniging ter bevordering van de katholieke kerkelijke kunst waarvan Derkinderen lid was, werd zelfs geopperd de middeleeuwse spreukbanden weer in te voeren als middel om ingewikkelde symboliek aan het “geloovige volk” duidelijk te maken. Dit middel, een eeuw geleden door de theoretici nog als “barbaarse gewoonte” veroordeeld, werd thans door de aanwezigen “algemeen toegejuicht”. | |
Samenstelling
bronmateriaal ten behoeve van kunstvakken voor havo en vwo
in het profiel C&M.. Meewerken aan deze site? Opsturen via
e-mail is voldoende. Bron oa Openbaarkunstbezit 0ktober
79
Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven 19-06-2008 |