zoeken
mail a friend








De omgekeerde wereld van vastenavond

Het vieren van spotfeesten waarbij de maatschappelijke orde wordt 'omgekeerd', is van alle tijden. Al in Babylonië en bij de Grieken en Romeinen werden op voorjaarsfestivals de standsverschillen tijdelijk opgeheven en voerde een schertskoning het bewind. Heel duidelijk is die traditie te herkennen in de middeleeuwse viering van vastenavond. Daarvan is het carnaval dat wij nu kennen een indirect uitvloeisel en op zijn scherpst een milde variant.

Tussen 1350 en 1550 beleeft de vastenavondviering in de steden van de Lage Landen zijn hoogtepunt. In de dagen voor Aswoensdag, het begin van de vastentijd voor Pasen, wordt de maatschappij volledig omgegooid in een rigide spothiërarchie. Een tijdelijke vorst spreekt (spot-)recht en draagt het volk op zich losbandig te gedragen.

 
Navolger Hieronymus Bosch, De strijd tussen Carnaval en vasten, ca. 1540, olieverf op paneel, 59,3 x 118,3 cm, collectie Noordbrabants Museum 's-Hertogenbosch, inv.nr. 12076

Een optocht trekt door de stad, vaak met een schip op wielen. Daarin zitten de typen die de stedelingen anders liever kwijt dan rijk zijn. Verlopen adel, nietsnutten, geile monniken en nonnen, gokkers en zuiplappen, bazige vrouwen, maar ook duivels en wildemannen lopen mee. De schilderijen van Jeroen Bosch en Pieter Breughel laten ons dat tot in detail zien. Als de stoet de stad uitrijdt, is het spotrijk ten einde en is de orde bij toverslag hersteld.
Voorzover we kunnen vaststellen is de vastenavondviering voortgekomen uit  heidense lentefeesten en het kerkelijke zottenfeest, waarbij vooral in kloosters voor even de strenge regels omgedraaid werden. Net als bij het zottenfeest heeft de vastenavondviering in de middeleeuwse stad twee belangrijke functies. Het is een uitlaatklep voor wie onderaan de maatschappelijke ladder staat. Maar nog meer laat de tijdelijke omkering zien dat de bestaande orde onmisbaar is. 'Kijk wat er gebeurt als we niet volgens de regels leven', is de moraal.

Narrenschip, miniatuur uit een gebedenboek.
St. Trond, ca. 1570-1580, fol. 6r: min.,  33 x 60 mm, Koninklijke Bibliotheek, Den Haag, KB 75 A 2/4
  

Juist die moraliserende functie is belangrijk omdat de stedelijke samenleving in de Lage Landen nog in ontwikkeling is. De stad moet zijn plaats veroveren ten koste van het platteland en de adel. Niet voor niets is de boer, met zijn 'boerse' gedrag, een hoofdrolspeler in de vastenavondviering. Het is dan ook vanzelfsprekend dat stadsbesturen graag bijdragen aan de viering. De stedelijke elite heeft alle baat bij de jaarlijkse les.
In de 16de en 17de eeuw is er voor de omkeringrituelen van de vastenavondviering geen plaats meer. De protestanten vinden ze paaps en de katholieken noemen ze heidens. Pas in de negentiende eeuw keert het feest in geromantiseerde en folkloristische vorm als carnaval terug in onze streken.

Erik Betten

Literatuur
Herman Pleij, 'Van Vastelavond tot Carnaval', in: Mooij, Charles de, red., Vastenavond-Carnaval. Feesten van de omgekeerde wereld (Zwolle, 1992) 10-44. 


Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland

Publicatiedatum:
13 januari 2004