zoeken
mail a friend








Gezichten uit een ver verleden

Met de vondst van menselijke skeletten bij archeologisch onderzoek komen vrijwel direct een aantal vragen naar voren. Hoe leefden deze mensen, hoe zijn ze gestorven en vooral: hoe zagen ze eruit? Een handvol specialisten in Europa kan op de laatste vraag een antwoord geven door gezichten en zelfs hele lichamen te reconstrueren.

Marcus van Eindhoven, reconstructie door Maja d'Hollosy, foto: gemeente Eindhoven

Griezelig echt
De afgelopen jaren zijn verschillende namen én gezichten uit diverse tijdperken in het nieuws geweest: Trijntje van de Betuweroute uit Hardinxveld-Giessendam (ca. 5500 v. Chr.), Ypje van Rijswijk, uit de nieuwbouwwijk Ypenburg (ca. 3500 v. Chr.), het meisje van Yde, dat leefde rond het begin van de jaartelling en werd gevonden in het veen, Sensaos uit Egypte (109 n. Chr.), bewaard als mummie, de Grote Man van Bergen op Zoom (ca. 1350) en Marcus van Eindhoven (ca. 1300), begraven in de kerk aldaar. Hun echte namen kennen we meestal niet. Sensaos is de enige in dit rijtje waarvan de naam bekend is. De overige personen danken hun naam meestal aan de plaats waar ze zijn gevonden.
Na de reconstructie lijken ze uit het eeuwige stof herrezen, zo levensecht zien ze eruit. En hoe levensecht dat kan zijn, bewijst de inzet van dezelfde techniek bij politieonderzoek naar misdrijven. Zo kon dankzij de reconstructie de identiteit van het meisje van Nulde worden achterhaald. Waar komt de informatie vandaan om een reconstructie te kunnen maken?

Informatie uit het skelet
Aan een schedel, en beter nog: een compleet skelet, kan een bottenspecialist zien of het een man of vrouw was. Hij of zij kan berekenen hoe groot een persoon bij zijn of haar leven was, hoe oud diegene ongeveer is geworden en of er ziektes zijn geweest die hun sporen achterlieten op botten, zoals breuken of vergroeiingen.
De originele botten en schedels moeten bewaard blijven voor later onderzoek. Daarom worden er replica's gemaakt waarop het gezicht gereconstrueerd en geboetseerd kan worden. Er worden van de originele schedel en overige botten scans gemaakt, vaak in een ziekenhuis. Van deze honderden plakjes scans kan een computer een driedimensionaal model maken. Medische computerprogramma's kunnen beschadigde schedels daarbij corrigeren en zonodig uitdeuken. Gespecialiseerde bedrijven maken van dit digitale model een driedimensionale afdruk in hars of kunststof. Simpel gezegd druppelt een machine dezelfde plakjes die de scanner opnam.

Trijntje van de Betuweroute (reconstructie door Maja d'Hollosy, foto: Maja d'Hollosy). Trijntje werd 40 - 60 jaar oud en was moeder, misschien wel oma. Omdat haar skelet is teruggevonden in dezelfde houding zoals ze was begraven, kon de reconstructie ook exact zo worden gemaakt. Dit heet een totaalreconstructie. Omdat over de kleding en kapsels uit de Steentijd niet veel bekend is, draagt Trijntje een neutraal tuniek en heeft ze loshangend grijs haar.

Een lapje vlees
Van ca. 32 vaste punten op de schedel is bekend hoe dik het menselijk weefsel daar gemiddeld is. Op de kunststof-schedel plaatst de specialist daar pinnen die net zo ver uitsteken als die gemiddelde dikte. De ogen worden in de oogkassen geplaatst en dan wordt de schedel lapje voor lapje bedekt met vlees tot de pinnen uit het zicht verdwijnen. Eerst de ene helft van het hoofd, dan de andere. Zo kan tijdens het boetseren nog de vorm van de schedel geraadpleegd worden.

 

Maja d'Hollosy aan het werk met het hoofd van Trijntje (foto: Maja d'Hollosy). Maja is de Nederlandse specialist op het gebied van reconstructies. Trijntje, Marcus, Ypje en de Grote Man zijn van haar hand. Als archeologe heeft ze veel kennis van zaken over de achtergronden van haar personages. Inmiddels werkt ze niet alleen voor archeologen, maar incidenteel ook voor politie en justitie.

Niet alles is af te lezen aan botmateriaal. De kleur van de ogen, de vorm van de lippen, de kleur en lengte van het haar (uitzondering: mummies), veel of weinig rimpels, tatoeages, piercings of andere huidversierselen; deze zaken worden aan de hand van andere onderzoeksgegevens ingevuld of er wordt een logische keuze gemaakt uit algemeen bekende gegevens uit die periode. Stap voor stap ontstaan benaderingen van portretten van mensen uit lang vervlogen tijden. Jong, oud, klein en groot. Hun familie zou ze kunnen herkennen!
Tegenwoordig wordt ook in deze wetenschap steeds meer per computer gewerkt waardoor het boetseren niet meer nodig is. En toch...geef mij maar de driedimensionale reconstructies waar je omheen kunt lopen en die je echt kunnen aankijken.

Monique Ras

 

Het meisje van Yde, İ foto Drents Museum
Internet
Op de volgende websites is informatie te vinden over de hierboven genoemde gezichten uit het verre verleden:
Over Trijntje is meer informatie te vinden op Cultuurwijzer.  Over het meisje van Yde is veel te vinden op de website van het Drents Museum. Het meisje van Yde is momenteel op reis in het kader van de tentoonstelling The Bogpeople. In september 2004 wordt ze weer terugverwacht voor een paar maanden, want in januari 2005 gaat ze weer op reis.
Over Ypje van Rijswijk is ook het een en ander te vinden op Internet; Sensaos heeft een hele eigen website met erg veel informatie.


Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland

Publicatiedatum:
20 december 2004