zoeken
mail a friend








Reizen voor het geloof - de bedevaart

Reizen in de Middeleeuwen was geen pretje. Als het niet nodig was, verliet men eigen stad of dorp dan ook niet. Toch gingen jaarlijks vele tienduizenden vrijwillig op pad en riskeerden zo honger, ziekte, beroving of erger. Ze vertrouwden op God, en meer specifiek op de heilige naar wiens graf ze trokken. Ze gingen op bedevaart.

Niccolo di Segna (1335 - 1340 ), Sint Jacob, paneelschildering uit Siena, collectie Huis Bergh, 's-Heerenbergh
 

Heilige plaatsen
Het idee om bij de resten van een heilige om hulp te bidden, gaat terug tot aan het begin van het christendom. Heiligen kregen na hun dood een prominente plaats in de hemel, zo wist men, en waren daarom ideale bemiddelaars tussen de eenvoudige gelovigen en de Almachtige. Bovendien ontwikkelden de heiligen zich tot specialisten, die voor ieder specifiek probleem een oplossing boden. Wie op zee dreigde te vergaan, riep bijvoorbeeld Sint Nicolaas aan en beloofde hem in Bari te gaan bezoeken. Die gelofte nam een middeleeuwer serieus. De beroemdste bedevaartsplaatsen waren Jeruzalem, Rome - waar de apostelen Petrus en Paulus lagen - en vanaf de 11de eeuw ook Santiago (Sint Jacobus) de Compostela in Noordwest-Spanje. Het merendeel van de pelgrims bleef dichter bij huis. Alleen al in de Nederlanden waren er honderden rustplaatsen van heiligen voorhanden.


Pelgrimsteken, Onze Lieve Vrouw, Amersfoort, 15de eeuw

 

Pelgrimages
Het bijzondere van de bedevaart was dat mensen uit alle lagen van de bevolking hieraan deelnamen. Ook de allerarmsten gingen soms maanden op pad, vertrouwend op de bescherming van de heilige van hun keuze en de gastvrijheid onderweg. Rijke adel ging te paard, had knechten mee en soms eigen tenten om niet in bedenkelijke herbergen te hoeven overnachten. Maar de meeste pelgrims zullen er toch uitgezien hebben als Sint Jacobus op de schilderijen uit die tijd: blootsvoets, een grote hoed tegen de zon en regen en een lange staf in de hand. Degenen die op de terugweg waren droegen trots een pelgrimsteken. Dat was een aandenken aan de heilige wiens graf de pelgrim had bezocht.

Gelofte, genezing en straf
Waarom begon men aan een bedevaart? De risico's waren immers groot. Een fors percentage keerde dan ook niet terug van zijn verre bestemming. Zoals gezegd was een plechtige gelofte of een bede voor genezing vaak de reden om op pad te gaan. Vanaf de 14de eeuw werden in de Nederlanden bedevaarten ook als straf opgelegd. De misdadiger moest de tocht vaak in ketenen volbrengen. Bijkomend voordeel was dat de boosdoener een aantal maanden afwezig was. Ook waren er professionele pelgrims, die tegen betaling als plaatsvervanger optraden voor wie zelf niet kon of wilde gaan.
Hoewel ook tegenwoordig nog een enkeling te voet naar Rome of Santiago trekt, zijn de aantallen die in de Middeleeuwen op weg gingen en de moeilijkheden die zij ontmoetten in moderne ogen onvoorstelbaar. Toch gebeurde het. Niet omdat het reizen zo prettig was in die tijd, maar vanwege de kracht van het geloof.

Erik Betten

 

Internet
Kijk op de website van het Meertens Instituut  voor een lijst van alle bedevaartplaatsen in Nederland.


Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland

Publicatiedatum:
29 november 2004