 |
De Beurs van Berlage, Amsterdam, 1898-1903, afbeelding Gemeentearchief Amsterdam, datering foto 1912 |
 |
Holland House, Londen, 1914-1916 |
 |
Raadhuis van Usquert, 1928-1930. Ook hier werd alles naar ontwerp van Berlage uitgevoerd, tot en met de tuin aan toe. Kenmerkend voor Berlage is de hoge toren. |
 |
Gemeentemuseum, Den Haag, 1920/29 (ontwerp); 1931-35 (bouw). Berlage koos rode baksteen als materiaal, het werden gele, dat was goedkoper.
Verantwoording bovenstaande afbeeldingen
|
Berlages werk werd alom bewonderd door de jongere architecten uit zijn tijd. Hij wordt ook nu nog wel de vader van de moderne Nederlandse architectuur genoemd.
Beurs
Hendrik Petrus Berlage (1856-1934)werd geboren in Amsterdam. Na zijn architectenopleiding in Zürich, maakte hij in 1880-'81 een studiereis naar Italië. Terug in Amsterdam ging hij samenwerken met de architect T. Sanders. Berlages eerste ontwerpen - samen met zijn compagnon - zijn nog in de toen gangbare neostijlen, gebaseerd op bouwstijlen uit het verleden. Maar eenmaal gevestigd als zelfstandig architect (1889), ging hij steeds meer zijn eigen weg. Historiserende elementen verdwenen geleidelijk, muren werden vlakker, constructies werden benadrukt en het ornament werd ondergeschikt aan de architectuur. Eerlijke bouwkunst in juiste proporties, waarin de materialen baksteen, beton en ijzer voor zichzelf spraken en niet weggemoffeld werden, zoals voorheen. Natuursteen werd alleen toegepast, als het constructief nodig was. De Beurs (1903) is het eerste gebouw, waarin dit alles is toegepast, zowel binnen als buiten. Het is het eerste moderne gebouw van de twintigste eeuw in Nederland. Het leverde Berlage heel wat opdrachten op.
Sullivan en Wright
Spraakmakend was ook Holland House (1914), het kantoorgebouw van de Londense vestiging van de firma Wm.H. Müller & Co. Hier maakte Berlage voor het eerst gebruik van een stalen skelet dat ingevuld werd met stalen ramen en geglazuurde terracotta panelen. In het interieur kwamen verplaatsbare wanden. Het was een van de eerste keren dat in Europa volgens deze nieuwe constructiemethode werd gebouwd. Berlage had dit overgenomen van Louis Sullivan, die de staalskeletbouw in de jaren negentig van de negentiende eeuw als eerste had toegepast voor hoge kantoorgebouwen in Chicago. Berlage had deze gebouwen in 1911 tijdens zijn reis in de Verenigde Staten gezien.
De meeste indruk op hem maakte de ruimtelijke architectuur van Frank Lloyd Wright: horizontale bouwvolumes, asymmetrisch gegroepeerd en in elkaar geschoven. Gebouwen die gedacht zijn vanuit de binnenruimte en die in relatie staan tot hun omgeving. Voor zijn ontwerp voor het Haagse Gemeentemuseum (1927-29) liet Berlage zich duidelijk door Wright inspireren. Het museumgebouw heeft een skelet van gewapend beton dat bekleed is met baksteen. Een voor Berlage ongebruikelijke verhulling.
Marleen Dominicus-van Soest