zoeken
mail a friend








Portretten van Rineke Dijkstra

Rineke Dijkstra brak internationaal door met haar serie Strandportretten (1992-1994) waaruit de hier gereproduceerde foto afkomstig is. Tot die tijd was zij hoofdzakelijk werkzaam als free-lance fotografe voor tijdschriften als Quote, Elle, Avenue en Elegance. Zij portretteerde vooral kunstenaars, zakenmensen en schrijvers. Deze leerschool versterkte haar inzicht in de betekenis van de pose, een van de meest bepalende aspecten van een portret naast de positie die de fotograaf zelf inneemt.

 
Rineke Dijkstra (1959 Sittard): Kolobrzeg, Polen 1992, 93,5 x 74,5 cm, Stedelijk Museum Amsterdam

De Strandportretten zijn vrijwel allemaal portretten van jonge mensen op stranden in Nederland, Polen, de Verenigde Staten en België. Alle portretten tonen het moment waarop een pose zich vormt of juist desintegreert, aarzeling en onzekerheid zijn zichtbaar in houding en oogopslag. De fotografe gaf weinig aanwijzingen, voor haar was de herkenning van een gevoel van alleenzijn, van existentiële eenzaamheid de bepalende factor bij de uiteindelijke keuze voor de op groot formaat afgedrukte kleurenfoto's. De achtergrond is steeds de zee, een ruimte zonder andere begrenzing dan die van het kader. Zij koos een laag standpunt op een afstand die de persoon ten voeten uit laat zien. Flitslicht geeft een enigszins artificieel karakter aan de opnamen en scherpt tegelijkertijd de details.

De series die Dijkstra na de Strandportretten realiseerde, maken duidelijk dat zij op zoek is naar een vorm van emotionaliteit die de grenzen van het fotografeerbare raakt. In 1994 portretteerde zij onder andere moeders met hun kind onmiddellijk na de bevalling. Het zijn zeer confronterende monumentale opnamen van staande, naakte vrouwen wier gezichten en lichamen de sporen van het lijden en de inspanning tonen maar tegelijkertijd ontroeren door de wijze waarop zij de roodgetinte pasgeborenen tegen zich aan houden.

Ook deze foto's zijn bepaald niet glamoureus: zoals de Strandportretten niet de schoonheid maar de ongemakkelijke hoekigheid van de puberteit tonen, zijn deze portretten geen lieftallige madonna's met kind maar haarscherpe registraties van geschonden lichamen. Uiteraard roept ook dit werk vragen op met betrekking tot de waardigheid en het respect voor de individualiteit van de gerepresenteerde.
De foto's worden gepubliceerd in tijdschriften en tentoongesteld op exposities. Biedt het feit dat ze met instemming en ten voeten uit zijn gefotografeerd voldoende tegenwicht tegen het onvermijdelijke voyeurisme van de kijker? Biedt ontroering voldoende waarborg tegen het wat al te simpele gegeven dat hier wederom een taboe wordt doorbroken? Door zijn strenge conceptuele benadering staat het werk van Rineke Dijkstra in een traditie die van August Sander via Diane Arbus naar het heden loopt. Haar werk bevindt zich op dat complexe snijpunt tussen fotografie als documentaire registratie en de verbeelding van menselijke werkelijkheid.

Hripsimé Visser

Dit artikel is afkomstig uit: Hripsimé  Visser, 100 Foto's uit de collectie van het Stedelijk Museum Amsterdam, Uitgeverij Toth en Stedelijk Museum, 1996.
In het boek staat ook een artikel over Diane Arbus (p. 132). Het boek is gelijktijdig verschenen met de tentoonstelling 100 Foto's uit de collectie in 1996 in het Stedelijk Museum.


Instelling:
Stedelijk Museum Amsterdam