de Platonische Academie

Op het beroemde fresco van Rafaël De school van Athene in de Stanza della Segnatura in het Vaticaan, zien we Plato en Aristoteles met elkaar in gesprek. De één wijst naar beneden, de ander naar boven. Het hier en het daar, de aarde en de hemel, is het onderwerp van hun gesprek.

    detail

Marsilio Ficino

Het fresco (1508-1511) stelt op een indrukwekkende wijze de synthese van zienswijzen van deze Griekse filosofen voor, die in de loop van de vijftiende eeuw ontwikkeld was maar een eeuw eerder nog ondenkbaar was geweest. De synthese was het resultaat van de herontdekking van Plato's werken, die dankzij de Platonische Academie en het werk van Marsilio Ficino in Florence bekendheid kregen. Aristoteles (348-322 v.C.) was nooit in vergetelheid geraakt, maar nu hij opnieuw naast zijn leermeester werd gezet, kregen zijn woorden een andere betekenis.

Plato leefde van ca. 428 tot 348 v.C. in Athene

Om enig inzicht te geven in de filosofische denkbeelden van Plato volgt hier zijn theorie over het verwerven van kennis. Plato heeft zich namelijk meermalen de vraag gesteld hoe de mens aan inzicht komt. Volgens hem is de ziel onsterfelijk, ze bestond al voor de geboorte van de mens en zal na zijn dood blijven bestaan. In de periode vóór de geboorte had de ziel weet van alle zaken, maar ze heeft die kennis tijdens de verbinding met het lichaam verloren. Het is nu zaak dat de ziel zich zoveel mogelijk de kennis van vroeger te binnen brengt, met andere woorden. kennis is herinnering. Door filosofie te bedrijven wordt de ziel gestimuleerd de vergeten kennis weer naar boven te halen. Plato is het met zijn idool Sokrates eens dat de kennis de algemene begrippen en definities betreft, maar gaat dan zijn eigen weg. Hij neemt het bestaan van een andere wereld aan die onafhankelijk is van de wereld waarin wij leven. In die goddelijke en volmaakte wereld hebben de ware begrippen hun plaats en het is die wereld waarmee onze ziel vóór de geboorte contact heeft gehad. Wat wij op deze wereld zien en ervaren, zijn slechts flauwe afschaduwingen van de reële begrippen, die Plato eidè ('Ideeën') of Vormen noemt, vandaar dat gesproken wordt over de Ideeënleer van Plato. Onze aardse wereld is onderhevig aan veranderingen. De indrukken die de zintuigen ons geven zijn bedrieglijk en onbetrouwbaar. Het lichaam belet de ziel om de ware kennis te vergaren, 'het lichaam is de kerker van de ziel' volgens de woorden van Plato. Toch doet de ziel pogingen om zich al haar kennis van vroeger te herinneren: ze ziet bijvoorbeeld veel mooie dingen en komt dan langzamerhand tot het begrip van schoonheid. Maar waarachtige kennis kan ze pas na de dood verwerven, en dan nog alleen wanneer ze goed, dat wil zeggen: als een wijsgeer, heeft geleefd. Anders is ze gedoemd opnieuw een bepaalde periode in een sterfelijk lichaam door te brengen.

Deze leer van Plato was in het middeleeuwse Europa, net als de kennis en de bestudering van de Griekse taal, verloren gegaan. Van Plato kende men slechts, naast enkele citaten in werken van Romeinen, de vertaling in het latijn van zijn traktaat over de wiskunde, de Timaios.

Aristoteles vindt de bewering van Plato dat de mens aangeboren kennis zou bezitten onzin. Het enige dat aangeboren is, is het vermogen om kennis te vergaren en dit vermogen ontlenen we aan de waarneming van de dingen om ons heen. Hoe meer we waarnemen, des te groter wordt het inzicht in het universele, een inzicht dat ons mogelijk wordt gemaakt door het gebruik van ons intellect. Ditzelfde intellect stelt ons in staat om aan de hand van de waargenomen feiten de eerste beginselen op hun waarheid te toetsen. Ons lichaam is dus niet, zoals Plato beweerde, een kerker voor de ziel, maar een hulpmiddel om kennis te verkrijgen.

De wetenschappelijke methode die Aristoteles aanhoudt, is de volgende. eerst stelt hij het object van onderzoek vast, vervolgens bestudeert hij de opvattingen van anderen over dit onderwerp, daarna formuleert hij allerlei problemen die met de uitgangspunten samenhangen en ten slotte gaat hij op zoek naar relevante feiten, waarvan de samenhang zal verschillen naargelang de tak van wetenschap.

Aristoteles maakte zich los van zijn leermeester; hij achtte het mogelijk dat de mens de wetten van het universum met zijn geestelijke vermogens kon begrijpen, en door middel van de logica kon bestuderen. 

Het aristotelische verstand is experimenterend en classificerend. 

buste Cosimo de Medici. 

Aan het begin van de vijftiende eeuw werd de Griek Manuel Chrysoloras door de universiteit van Florence aangesteld om colleges te geven, en vanaf dat moment begon het platonisme zich langzaam in de stad te verspreiden. Onder de leerlingen van Chrysoloras bevond zich de jonge Cosimo de Medici. 
Toen hij veertig jaar oud was, moest Cosimo zijn studie laten rusten; de dood van zijn vader Giovanni de Medici in 1429 dwong hem de zaken van zijn familie over te nemen. Ondanks dat bleef hij boeken kopen, en met een deel van zijn aanzienlijke vermogen steunde hij de humanisten, de navolgers van de klassieke filosofen tijdens de Renaissance, en hun werk. Met name Poggio Bracciolino en Niccolò Nicoli onderzochten, met financiële steun van Cosimo, in de kloosterbibliotheken van heel Europa de teksten uit de Klassieke Oudheid, die dankzij de inspanningen van de benedictijnen eeuwenlang bewaard gebleven waren. 

ITALY, FLORENCE, COSIMO De MEDICI, 1670-1723. AR Piastra (29.33gm). Armoured bust/The baptism of Christ.

Florence zou het nieuwe Athene worden!

Cosimo kreeg tijdens het idee om Plato's academie nieuw leven in te blazen en van Florence een nieuw Athene te maken. Maar dit idee kon pas in de jaren 1460 uitgevoerd worden. Om zijn voornemen te verwezenlijken, koos hij de zoon van zijn lijfarts, Marsilio Ficino, die hij bij Traversari had laten studeren.

De jonge Ficino kreeg de opdracht om Plato te vertalen en de academie op die manier op gang te brengen. Cosimo was al oud toen bij voor het eerst Plato's woorden in de vertaling van Ficino te lezen kreeg. 

Hij wilde in Socrates waardigheid sterven, open voor wat er na zijn dood met hem gebeuren zou. Een mooiere beloning voor zijn streven had hij niet kunnen wensen. Met de kleine vriendenschaar die zich rond het sterfbed van Cosimo had verzameld om naar Ficino's vertaling te luisteren, begon de Platonische Academie. Deze eerste moderne academie van Europa was niet aan een bepaald gebouw gebonden. Men trof elkaar op verschillende plaatsen in de stad of, in de zomer, in de villa van de Medici's in de heuvel, bij Florence.

De invloed, die de herontdekking van Plato in het Florence van de vijftiende eeuw, de Gouden Eeuw, ook op de beeldende kunst heeft gehad, kan niet groot genoeg worden geschat. De werken van Sandro Botticelli (1445-1510) worden nu algemeen gezien als het overbrengen van de Platonische mythologie op de schilderkunst. 

02-18-2010 vaklokaal digischool ckv-1

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven: 

Geraadpleegde literatuu oa: Kunst en architectuur: Florence. Keulen 1999  De Klassieke Canon Hein L van Dolen Amsterdam 2000