Over de bevalligheid van de ledematen |
De ledematen zouden met gratie aan het lichaam gepast moeten worden en met inachtneming van het effect, dat u met de figuur wilt bereiken. Als u een figuur wilt maken die op zichzelf licht en bevallig er uit zal zien, moet u de ledematen elegant en lang maken, zonder te veel vertoon van spieren; en de weinige die vereist zijn moeten licht worden aangegeven, dat wil zeggen niet erg uitgesproken en zonder krachtige schaduwen; de ledematen en vooral de armen losjes, zodat zij niet haaks staan op de aangrenzende lichaamsdelen. |
|
Als de heupen, de crux van de menselijke gestalte, zo geplaatst worden, dat de rechter hoger is dan de linker, laat dan de rechterschouder lager zijn dan de linker en laat het linkerschoudergewricht in loodrechte lijn staan boven het hoogste uitstekende deel van de heup.' Laat het kuiltje in de hals altijd staan boven het midden van de enkel van de voet waarop de man steunt. Het vrijstaande been zou de knie lager moeten hebben dan het andere en dichtbij het andere been. De mogelijkheden voor de positie van hoofd en armen zijn oneindig variabel en ik zal daarom niet- uitwijden over de regels hiervoor. Laat ze echter losjes en plezierig zijn, met verschillende buigingen en draaiingen en de gewrichten bevallig gebogen, zodat zij niet op eindjes hout lijken. Als een man eenvoudig voorover, achterover of opzij buigt, noemt men dat een enkelvoudige beweging. Wanneer voor een bepaald doel het nodig is dat hij tegelijkertijd naar beneden en opzij buigt, noemt men dat een samengestelde beweging. |