Inez Van Lamsweerde

Inez Van Lamsweerde (1963) is in korte tijd uitgegroeid tot een van de meest gevraagde fotografen van de Verenigde Staten. Haar moeder was modejournaliste, zelf bezocht ze aanvankelijk de mode-academie. Die verliet ze na twee jaar om naar de Rietveld Academie te gaan en zich op fotografie toe te leggen. Maar de mode verloochende ze niet. In haar werk maakt ze gebruik van allerlei elementen van de modefotografie: haar foto's hebben de scherpte en technische perfectie van modefoto's, ze werkt met modellen in de studio, is omringd door een team van visagistes, stylistes, kappers en technici, en manipuleert, zoals gezegd, haar foto's met de paintbox, een apparaat dat vooral door reclamemakers wordt gebruikt. En ze werkt bij voorkeur met mooie, koelbloedige dames. 

Inez van Lamsweerde Final Fantasy, Wendy, 1993

Van Lamsweerde tart in haar werk een grens. In 1993 maakte ze de fotoserie Final Fantasy, waarin, zou je kunnen zeggen, de pervertering van het kind centraal staat. Op de foto's staan peuters in kokette posen, ze dragen roze hemdjes en glimmen onnatuurlijk - ze zijn onschuldig en angstwekkend tegelijk. De foto van Wendy laat bijvoorbeeld een roodharig meisje zien dat op de grond zit. Haar ene knie steekt de lucht in, haar andere been heeft ze gevouwen voor zich, de hiel van haar voet maakt dat je net niet in haar kruis kunt kijken. Een bandje van haar jurk is uitdagend van een schouder gegleden, maar om een pols draagt ze, heel kinderlijk, een bedelkettinkje. Haar haar lijkt, heel volwassen, geföhnd, maar ze heeft ook een kinderachtige pony. Ze lijkt spontaan te lachen, maar haar gezicht heeft ook iets stars, bevrorens. Wendy is een 'kindvrouw', half kind en half vrouw.

Inez van Lamsweerde Inez van Lamsweerde, Topaze, 1993

Zoals bij veel foto's van Van Lamsweerde bekruipt je direct een onaangenaam gevoel. Pas als je beter kijkt, zie je dat er ook echt iets is mis is. Er is dan ook meer aan de hand met Final Fantasy: met de paintbox, een computer waarmee je beelden kunt manipuleren, heeft Van Lamsweerde volwassen mannenmonden in de meisjesgezichten gemonteerd. Ze heeft dat technisch zo perfect gedaan dat het nauwelijks opvalt. Ze heeft de kleine meisjes ook nog achter een glasplaat gefotografeerd, waardoor hun ledematen hier en daar iets merkwaardig verwrongens hebben. De peuters zijn dus daadwerkelijk een soort tussenwezens: ze zijn kind noch volwassene, man noch vrouw.
De foto's van Inez van Lamsweerde gaan op een andere manier over grenzen. Ze maakt modefoto's voor glossies als Vogue en The Face, ze maakt advertenties voor chique modemerken, en ze maakt 'vrij' werk. Nadrukkelijk beweegt ze zich op het grensvlak tussen commerciële fotografie en kunst. In 1991 verwoordde ze haar droom: 'Ik zou het fantastisch vinden als mijn werk zowel in een modeblad als de Vogue of in de Playboy zou staan als in het museum zou hangen.'
Die droom is ontegenzeglijk uitgekomen. Ze wordt niet alleen door de glossies omarmd; haar foto's hingen ook op de Biennale in Venetië en worden ook in het Groninger museum tentoongesteld. 'Al mijn werk wordt nu als een geheel gezien,' jubelde Van Lamsweerde twee jaar geleden al in de Volkskrant:

'Zelf heb ik de scheiding tussen kunst en mode nooit gemaakt. Voor mij zijn de twee gelijkwaardig.' 

De interviewster, Ineke Schwartz, voegde daar nog aan toe: 

'Ze werkt binnen het systeem in plaats van het van buitenaf te bekritiseren. Maar ze hanteert wel een verborgen agenda: onderhuids gaat het over het gebruik van stereotypen, over frustratie en over onmacht tot communicatie. Die extra inhoud is voor de goede verstaander.'

Wat wil Van Lamsweerde met haar werk? Jawel, haar foto's zijn behalve uiterst esthetisch lichtelijk vervreemdend en surreëel. Ze gaan over zeer eigentijdse, verontrustende, om niet te zeggen modieuze thema's en hebben door haar manipulaties iets ironisch. Van Lamsweerde maakt uitbundig gebruik van clichés, van overbekende, gecorrumpeerde beelden die ze net een beetje meer corrumpeert dan gebruikelijk is. Maar de vraag is hoe ontregelend haar foto's werkelijk zijn. Het is werk, dat esthetische clichés wil ondermijnen, maar ook weer niet te erg, want het moet esthetisch blijven. En geldt dat niet voor de meeste full color-commercie die nu wordt bedreven? Het is precies de ervaring die de foto's van Van Lamsweerde oproepen: mooie foto, maar waar staat het merkje? 

01-28-2010 digischool ckv 2

Reacties en aanvullingen van collega's zijn zeer welkom  Voornaamste bron: De Groene Amsterdammer van 10 september 1997 "Perverse onschuld" door Xandra Schutte. Meer op oa: http://www.statements.de/de/statements2/inez_vita.htm