Weissenhofsiedlung

1927/Stuttgart

'Das Glas bringt uns die neue Zeit, Backsteinkultur tut uns nur Leid'
video fragment Le Corbusier/Weissenhofsiedlung
In 1927 verscheen aan de rand van Stuttgart een nieuw wijkje arbeiderswoningen. Het brak met alles wat gebruikelijk was en schilderde een visioen van een nieuw leven. Met veel licht, lucht, terrassen, balkons en glas, nieuwe, industriële materialen en een hypermoderne keuken. Alle grote namen in de architectuur van het Nieuwe Bouwen lieten er zien wat ze konden. Het schokte de wereld toen. Nog steeds oogt het, 75 jaar later, eigentijds.

De wijk Weissenhofsiedlung uit 1927 in Stuttgart is eigenlijk drie keer een wonder. Een, omdat hij ooit is gebouwd, ondanks financiële obstakels. Twee, om wat hij is geworden: een exemplarische sarnenballing van al dat talent van het Nieuwe Bouwen. En drie, dat hij er nog is, die wijk, ondanks de nazihaat tegen alles wat links, intellectueel en on-Duits was. Het heeft dan ook weinig gescheeld.

  

De woonblokken, oorspronkelijk 21 stuks, van de Weissenhofsiedlung zijn in de jaren twintig neergezet als experimentele woonwijk, onderdeel van een tentoonstelling over nieuwe architectuur. Het was een visionair sociaal plan met als doel de arbeider en de huisvrouw de nieuwe tijd binnen te loodsen. Goedkope woningen met veel licht, lucht, terrassen, balkons en glas. Nieuwe, industriële materialen. Een hypermoderne keuken, ter "Entlastung der Hausfrau" Niet langer zou de arbeidersklasse zich voortslepen van grauwe fabriekshal naar donker woonkot waar het doorgekookte voedsel wachtte op de potkachel. De nieuwe architectuur, schreef Le Corbusier, 'heeft het woord proletarisch zijn vroegere bijsmaak van wanhoop ontnomen'.
Dat is waar. Als je door de Weissenhofsiedlung loopt, is wanhoop de laatste gemoedstoestand die zich van je meester maakt. Niet alleen omdat het frisse witte stucwerk van alle kanten vrolijk naar je oprijst. Maar vooral vanwege de goede dosering van het glas, de lichte metalen kozijnen, het fijne ijzeren hekwerk rondom de balkonnetjes van bijvoorbeeld Ouds rijtjeshuizen. Geen baksteen te zien. 'Das Glas bringt uns die neue Zeit, Backsteinkultur tut uns nur Leid', schreef een Duitse dichter in de jaren twintig op een gebouw van Bruno Taut, een van de 21 participanten in de Weissenhofsiedlung.
Dat alles zie je vandaag. Wat driekwart eeuw terug die arbeider zag, waar al die beroemde of beroemd geworden architecten zich voor uitsloofden, is wellicht iets geheel anders. Want niet iedereen verwelkomde de nieuwlichters direct als een geschenk uit de hemel. De Stuttgarter burgerij mokte over wat-dat-niet-kost. De prachtige buisstoeltjes van Mart Stam en Le Corbusier waarop ze geacht werden na gedane arbeid plaats te nemen, werden kil en ongenaakbaar bevonden.

Weissenhofsiedlung, Araberdorf !!

Een lokale architect uit Stuttgart beschreef in die tijd de bewoners van de Weissenhof als 'Sklaven der maschinistischen Zivilisation'. De platte daken en witte huizen deden hem nog het meest denken aan 'een buitenwijk van Jeruzalem'. Er verscheen een fotoansicht van de wijk waarin Arabieren, kamelen en een leeuwengezin waren gemonteerd en het bijschrift: 'Weissenhofsiedlung, Araberdorf. Maar toen waren de nazi's al aan de macht.

Wie Wohnen?

Toch was de Weissenhofsiedlung ook een groot succes. Er kwam een half miljoen bezoekers naar de tentoonstelling kijken. Er was internationaal lof in architectuurkringen. Het betekende de doorbraak van Ludwig Mies van der Rohe. Hij was de regisseur van het plan. De opdracht kwam van de Deutsche Werkbund, een verlicht gezelschap - opgericht door vooruitstrevende kunstenaars en architecten - dat de productie van goede en goedkope massaproducten voor de werkende klasse wilde stimuleren. De wijk was onderdeel van een grote architectuurexpositie over Die (neue) Wohnung en het Internationales Neues Bauen. De affiche van de tentoonstelling laat er geen twijfel over bestaan dat het de hoogste tijd is voor een breuk met het verleden. Er is een foto van een donker burgermansinterieur, met tapijtjes, volgestouwde nisjes en laatjes. Er staat een groot kruis doorheen, met de tekst: Wie Wohnen?

'Het is in het belang van alle patriottische Duitsers om dergelijke kosmopolitische experimenten te voorkomen'

Het is, in de historie bezien, uitzonderlijk dat zo'n ideëel project in het Duitsland van de jaren twintig geboren kon worden. Het was een kostbaar plan en in 1924, toen het idee vorm kreeg, was de Reichsmark gillend aan het devalueren. De militairen die in 1923 in München een putsch trachtten te plegen, moesten de volgende dag vijf miljoen mark neerleggen om een krantje te kunnen kopen waarin de machtsgreep werd gemeld. En een van die putschisten, A. Hitler, had weliswaar tot 1927, het jaar van de oplevering van Weissenhof, een spreekverbod, maar zijn ster was wederom rijzende. Het nationalisme zwol aan, de haat tegen joden en het buitenland vanwege herstelbetalingen was immens. 'Het is in het belang van alle patriottische Duitsers om dergelijke kosmopolitische experimenten te voorkomen', zou staatscommissaris Ströhlin schrijven over de Weissenhof in 1933, het jaar dat Hitler aan de macht kwam.
Toch verrees, parallel aan die ultraconservatieve, nationaal gerichte beweging, in het Duitsland van de jaren twintig een aantal prachtige visionaire architectuurprojecten. Er was veel creatief talent: kunstenaarsgroepen, anarchistische bladen en Bauhaus floreerden. Mies van der Rohe selecteerde voor de Weissenhofsiedlung 21 architecten, waarvan er negen uit eigen land kwamen. Zijn hand van kiezen bleek een profetische hand. Alle namen van dit project zijn tot de canon van de Nieuwe Zakelijkheid gaan behoren. J. J. P. Oud, Mart Stam, Le Corbusier, Hans Scharoun, Peter Behrens, Victor Bourgeois, en Bauhausmannen als Bruno Taut, Ludwig Hilberseirner en Walter Gropius. Iedereen die er toe deed in de architectuur is in Stuttgart bij elkaar verzamelden op een paar vierkante kilometer.

Mies van der Rohe heeft zwaar moeten strijden voor een aantal van zijn keuzes voor de Weissenhofsiedlung. I-let stadsbestuur van Stuttgart wees de 'Fransman' Le Corbusier af op 'patriottische gronden'. Maar, betoogde Mies: 'We kunnen niet zonder Le Corbusier omdat het onze zaak onnoemelijk veel schade zou berokkenen.' Hij kreeg zijn zin.

Maar wat was die 'zaak' dan, waar Mies over schreef. Dat ging over de architectonische vorm van de Weissenhof. 'Het hele ding is een sculptuur', heeft Mies van der Rohe op zekere dag geroepen op zijn bureau in Berlijn. Maar er was meer. Nieuwe materialen, technieken uit de industriële bouw. De nieuwe architectuur moest de wereld reinigen van het 'Gerümpel der Vergangenheit' schreef de Russische kunstenaar Malevich die bijdroeg aan de expositie Neues Bauen. Een nieuwe bouwstijl, aldus Bauhaus-voorrnan Walter Gropius, die doordringt tot het wezen van het huis, de stoel.

Het is ontroerend, en gek genoeg volstrekt anachronistisch, om te zien waarmee die architecten de onderliggende klasse de nieuwe tijd in trachtten te trekken. Op foto's van interieurs van Mart Stams huizen (drie stuks) is zijn rechthoekige revolutionaire buizenstoel op twee poten te zien, een ijle lamp, dunpotige tafels, een lichte metalen wenteltrap. Zelfs nu oogt het nog moderner dan modern. Wat zal de Stuttgarter arbeider die bij Daimler Benz werkte, hebben gezien toen hij in 1927 als huurder zo'n pandje kon betrekken?

 'Economische redenen eisen vandaag bij de bouw van huurhuizen rationalisering en standaardisering. De steeds toenemende differentiëring van onze woonbehoefte vraagt echter aan de andere kant een grotere flexibiliteit.'

Ook over Mies van der Rohes ontwerp, het grootste gebouw van de Weissenhofsiedlung, werd gemopperd. Een lage flat met 24 appartementen waar maar liefst 29 architecten zich over het interieur hebben gebogen, inclusief de meester zelf. Flexibiliteit was Mies' toverwoord. 'Economische redenen eisen vandaag bij de bouw van huurhuizen rationalisering en standaardisering. De steeds toenemende differentiëring van onze woonbehoefte vraagt echter aan de andere kant een grotere flexibiliteit.' Schreef hij over zijn flat. Alleen de positie van de badkamer en de keuken lag vast, de rest kon naar behoeven worden ingedeeld. Maar erg populair was het niet in de beginjaren bij de Stuttgarters.

Door de opdrachtgever Deutsche Werkbund waren vrouwelijke deskundigen aangetrokken die de architecten moesten adviseren over de huishoudelijke inrichting. De emancipatie van het huishouden was in volle gang. De supereigentijds ogende Frankfurter Küche (uit halverwege jaren twintig) brak met de traditie dat in dezelfde ruimte werd gekookt en gegeten. Moderne apparaten slopen de aanrechtkastjes binnen. Een architect als Stam kon naar de vrouwenadviezen slecht luisteren. Toen er kritiek op zijn huizen kwam omdat ze geen washok bezaten, riep hij dat de was thuishoorde in een wasmachine. Waarop door de vrouwen werd tegengeworpen dat de wasmachines van die tijd de kleding vooral verruineerden. Stams antwoord was: 'Beter de was geruineerd dan de huisvrouw.'

Oud had meer oor voor de vrouwelijke adviseurs. Zijn keuken werd dan ook geroemd. Ouds eenvoudige maar stijlvol ontworpen huisjesrij viel sowieso goed bij de critici. Elk van de huizen had aan de noordzijde een kleine ommuurde patio, grenzend aan de keuken, waar de was kon hangen, wat nog steeds gebeurt overigens. Het woondeel lag aan de zuidzijde en aan een tuin. Het zijn maar vijf aaneengeschakelde huizen die Oud bouwde, rnaar toch krijgt het door de patio's het ritme van een straat. 'Misschien wel de beste bijdrage van de hele Weissenhofsiedlung', schreef een Zwitserse architectuurcriticus eind jaren twintig.

Op de historische foto's van zowel de interieurs als exterieurs is het duidelijk dat alles in de Weissenhofsiedlung de nieuwe tijd ademt. Een nieuwe tijd, die misschien te vroeg kwam voor de klasse waarvoor het was bedoeld, maar de opwinding van de nieuwe architectuurtaal en de verlichte rneubelontwerpen is driekwart eeuw na dato nog voelbaar. Zeker als je behalve de woningen, ook de tekeningen en ontwerpen ziet die indertijd werden getoond op de synchroon lopende expositie Neues Bauen International. Bijna 150 architecten, onder wie veel representanten van de Neue Sachlichkeit, schilderden een futuristisch beeld van de toekomstige stad.

Op 23 juli 1927 gingen de exposities Neues Bauen International, Die (neue) Wohnung en een deel van de Weissenhofsiedlung open. Niet alle gebouwen waren gereed, de bouw viel tegen, de kosten liepen op. Aan de twee projecten van Le Corbusier moesten steeds bouwkundige aanpassingen worden gepleegd. Ondanks het gemor sprong de stad Stuttgart toch steeds financieel bij. De eerste huurders kwamen pas een half jaar later, wat tot een nieuwe golf van gemopper leidde. Het beton van de huizen van Oud bijvoorbeeld was nog niet droog. Dat gaf vochtproblemen.

In Holland, schreef Oud in reactie op de klachten, hebben wij de volgende wijsheid over nieuwbouw: 'In het eerste jaar geef je je nieuwe huis aan je vijand. In het tweede jaar aan je vrienden. En in het derde jaar ga je er zelf wonen.'

Na de oorlog is de wijk lang in verval geweest, tot in de jaren zeventig de belangstelling herleefde. Nu bekommert een stichting zich erom en is het een geliefde plek om te wonen, afgezien van de toenemende stroom toeristen die de privacy van de huurders bedreigt. Elk van de oorspronkelijke Weissenhof-ontwerpen heeft een plakkaat met de naam van de architect erop gekregen.

Samenstelling bronmateriaal ten behoeve van het nieuwe vak ckv-2 voor havo en vwo in het profiel C&M..  Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. geraadpleegde literatuur oa: Volkskrant Bob Witman 29-08-2002

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven: het Nederlandse onderwijs is een kale kip en daar valt dus niets te plukken. 


02/01/2010 update SG Groenewald