Grand Tour

J.A. Knip Colosseum en tempel Venus Rome

In Parijs had men al in 1791 voorgesteld om de leerlingen van de Académie des Beaux-Arts les te geven in landschapskunst en een aparte Prix de Rome in te stellen voor het 'historische landschap'. Pas in 1817 werd de eerste prijs uitgereikt, vooral door toedoen van één van de docenten aan de Parijse Académie, Pierre Henri de Valenciennes, die een voorstander was van een herwaardering van de landschapskunst. Het 'historische landschap' was echter een landschap in de traditie van Poussin, dat wil zeggen een geïdealiseerd landschap in een Italiaanse sfeer, voorzien van tempels of ruïnes en bevolkt door figuren uit de Griekse of Romeinse mythologie.
De mooiste afronding voor een kunstenaarsopleiding was een langdurig verblijf in Rome. De Franse overheid stelde de beste leerlingen van de kunstacademie in de gelegenheid om op staatskosten een aantal jaren in Rome te verblijven, maar ook uit andere landen in Europa kwamen jonge schilders naar Rome, dikwijls met ondersteuning van een vorst of een welwillende mecenas. Voor veel kunstenaars, met name uit Noord-Europa, betekende het een eerste confrontatie met het Italiaanse landschap. Scandinavische, Duitse en Nederlandse kunstenaars trokken er soms gezamenlijk op uit om vanuit Rome de schoonheden van de campagna, de landstreek rondom Rome, te ontdekken en te schetsen, maar ze maakten ook tochten naar Napels, Capri en Sicilië. Soms begeleidden ze jonge reizigers op de Grand Tour met als opdracht een geschilderd of getekend reisverslag. Sommigen waren zo gefascineerd door het Italiaanse landschap dat ze eenvoudigweg weigerden om terug te keren naar hun vaderland.

Het doel van hun verblijf was natuurlijk ook een rechtstreekse kennismaking met de monumenten uit de Oudheid. Hiernaast zie je de binnenkant van het Colosseum in Rome, geschilderd door Wilhelm Eckersberg.
De Nederlandse schilder Teerlink bleef zijn hele leven in Rome, na als winnaar van de Prix de Rome uitgezonden te zijn; zijn landgenoot Sminck Pitloo werd zelfs docent aan de Academie van Napels en één van de centrale figuren van de Scuola di Posillippo, één van de vroegste landschapsscholen van Italië in de 19e eeuw. In Rome zelf troffen de buitenlandse kunstenaars, vooral de Duitsers en de Nederlanders, elkaar in het beroemde Caffè Greco in de Via Condotti vlak bij de Spaanse trappen. Dikwijls hadden zij hun ateliers in de nabijgelegen Via Margutta; schildersmodellen verzamelden zich op de Spaanse trappen, al of niet gehuld in de klederdracht van de campagna. In het Caffè Greco werden artistieke discussies gevoerd over de betekenis van het buiten tekenen en schilderen, en over de nieuwe opvattingen omtrent het landschap. Daar werden ook de gezamenlijke trektochten voorbereid en aanwijzingen uitgewisseld over schilderachtige plekken. Voor sommige kunstenaars, zoals J.A. Knip, waren de natuurstudies uit de omgeving van Rome een blijvende bron van inspiratie, zelfs tientallen jaren na terugkeer uit Italië.

Samenstelling bronmateriaal uitsluitend en alleen ten behoeve van het nieuwe vak ckv-2 uit het profiel C & M voor havo en atheneum en tehatex. Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Bron Plein Air DSM kalender 1994. Overname met toestemming van DSM, Corporate Public Relations Postbus 6500 6401 JH Heerlen

02/02/2010 last update