Geen schooner ruïne ter wereld dan het Colosseum

De monumenten van de Romeinse oudheid zijn al eeuwenlang toeristische attracties. In de 17de en 18de eeuw trokken jongeren uit de betere standen voor hun Grand Tour naar Italië. Ze namen als reisherinnering of studiecollectie prenten of gravures van monumenten mee terug.

Toen in 1840 de fotografie opkwam, werden foto's van de antieke monumenten in Italië direct populair. De fotografische pioniers sloten bij de oude pictorale traditie aan. Alle conventies van de prentkunst werden overgenomen. De fotograaf zette zijn driepoot op dezelfde plekken neer waar vroeger de schilder met zijn ezel en schilderskist ging zitten.

Fotograferen was rond 1850 nog een heel gedoe, met enorme camera's vanwege het formaat van de negatieven (vergroten was nog niet mogelijk), lange sluitertijden en omslachtige afdrukprocédés. Aanvankelijk waren collodiumdrukken in trek, glasplaten met een lichtgevoelige emulsie. Later werd de albuminedruk populair, papier eiwit met zilverzout wat een mooie glans gaf. Ondanks de bewerkelijke praktijk werd de fotografie al snel een bloeiende bedrijfstak, die een compleet beeldprogramma leverde voor de private markt. Welgestelde toeristen gingen in Genua, Florence of Rome naar de fotograaf - de adressen stonden in de reisgidsen vermeld - en zochten daar dan een mooie serie uit.

Foto's werden los verkocht, als series in portfolio's, als illustraties in boeken geplakt of als ansichtkaarten. Foto's waren te koop op de Piazza di Spag na: kleine voor anderhalve lire, grote voor drie, keurig opgeplakt. 

Ook Nederlandse ltaliëgangers, zoals literator Carel Vosmaer en schilder Laurens Alma Tadema, verzamelden zulke foto's (Tadema had wel driehonderd dozen vol) en toonden ze op 'dia-avondjes' van hun oudheidkundig genootschap. Veel collecties kwamen later in het Rijksmuseum terecht, net als de fo to's die lesmateriaal waren op de Rijksschool voor Kunstnijverheid.

Het hele kant en klaar verkrijg bare fotorepertoire van Romeinse oudheden zat vol visuele conventies. Dat veranderde pas na de introductie van de rol film in 1888. Want dan komt de amateurfotografie op, en die intro duceert een zekere verfrissing en spontaniteit. Toen konden mensen hun eigen ltaliëbeelden gaan be denken, al zie je dat men toch de gebaande paden blijft volgen

Robert MacPherson: Piazza della Minerva en het Pantheon (1858).

 

Men ziet in de vroege foto's v an Romeinse monumenten twee invalshoeken, die verband houden met de opkomst van zowel de archeologie als het toerisme. 

  • De foto als droge documentatie
  • Als uitdrukking van een romantische verbeelding

De 19de eeuwse kijk op de Romeinse monumenten manifesteert zich het duidelijkst in de perfecte ruine. UI tiem voorbeeld: het Colosseum. 'Geen schooner ruine ter wereld dan het Colosseum', aldus een reisgids. Dat Colosseurn werd, net als het Forum Romanum graag afgebeeld bij nacht - een romantisch bezoek bij maanlicht was een must voor elke Romeganger. Bij nacht fotograferen was nog onmogelijk, wat werd opgelost door twee negatieven over elkaar te leggen, waarvan één met een getruct donkere lucht.

Giovanni Crupi: Tempel van Castor en Polluce (1860)

Sommige monumenten werden niet in hun ruimtelijke en historische context maar juist geisoleerd en sec afgebeeld als stille getuige van een groots verleden, zoals de triomfboog van Constantijn. Opvallend genoeg werd deze boog altijd vanaf het noorden afgebeeld, hoewel de zuidzijde even mooi is. Een klassiek thema was de antieke ruine in een idyllisch landschap, dat mede door de aanleg van spoorwegen toegankelijk werd voor het tourisme.  

Zoals de 19de eeuwse fotografen in de traditie van de oude prentkunst stapten, volgen hedendaagse toeristen de clichés van hun voorgangers. Giovanni Gentili fotografeerde rond 1855 de drie zuilen van de jupitertempel aan de voet van het Capitool. Een perfect symbool voor het hele Forum Romanum, zoals het nog altijd door elke toerist wordt gekiekt. 

Samenstelling van het bronmateriaal voor de vaklokalen uitsluitend en alleen ten behoeve van de vak ckv-1 uit het algemeen deel  voor havo en atheneum en het vak ckv vmbo en de kunstvakken uit het profiel C&M. (CKV 2/3 en tehatex) en uit de onderbouw het vak beeldende vorming. Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Bron: De Volkskrant  09-07-2005 "Een Colosseum bij maanlicht" Ben van Raaij 

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten, afbeeldingen ed? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij helaas niet geven. In plaats hiervan geven we onder aan de pagina ruimte voor een eigen invulling of verwijzing naar internetpagina's.

04-02-2010 DIGISCHOOL