Negentiende
eeuw: cultuur ‘What if you slept, and what if in your sleep, you dreamed? And what if, in your dream, you went to heaven and there plucked a strange and beautiful flower? And what if, when you awoke, you had a flower in your hand, Ah, what then?’
Arnold Böcklin (1827 - 1901):Het dodeneiland 1883 |
|
De
Romantiek verwierp het mechanistische universum en de exclusieve nadruk
op de rede van de Verlichting. De romantici stonden dichter bij de
Renaissance met hun geloof in een kosmisch bewustzijn of een goddelijk
‘ik’ in de natuur. ‘Wereldgeest’ en ‘wereldziel’ waren
geliefde uitdrukkingen, omdat men dacht dat de mens het hele universum
in zich droeg en zijn geheimen kon ontrafelen door de blik naar binnen
te richten. Het individu werd aangemoedigd het leven uit te drukken en
te interpreteren. Kunstzinnige creativiteit en het artistieke genie
werden verheerlijkt. Beethoven
was zo’n genie. Zijn muziek was een middel tot romantische
zelfexpressie en in meesterwerken zoals de Mondschein Sonate of de
Vijfde Symfonie onthulde hij zijn eigen gevoelens en verlangens. Beethoven Eroica (MP-3) Ook
het weelderige schouwspel van de opera sprak de negentiende-eeuwse smaak
aan. Rossini,
Bellini, Donizetti en Verdi: Nabucco Slavenkoor (MP-3) De
gebroeders Grimm zochten de romantische geest in de volkscultuur. Ze
verzamelden volksliederen en sprookjes zoals Hans en Grietje of
Repelsteeltje, geliefd bij kinderen over de hele wereld. Andere
geleerden, zoals Asbjřrnsen en Moe in Noorwegen, verzamelden
volksverhalen uit eigen land, en het sprookje werd een favoriete
literaire vorm. Eén van de bekendste vertegenwoordigers was E.T.A.
Hoffmann in Duitsland. In
de woorden van Coleridge: |
|
Het
sprookje gaf de schrijver de vrije teugel voor zijn ‘wereldvormende
fantasie’, waarin hij de grens tussen droom en werkelijkheid kon
verdoezelen. Romantische schrijvers in Engeland waren onder meer de
dichters Wordsworth, Coleridge, Byron en Shelley, die allen een
verlangen naar iets vers en onbereikbaars uitdrukten. De schone slaapster (The sleeping Beauty) is bijvoorbeeld een dankbaar onderwerp voor de schilderkunst en het ballet. The Sleeping Beauty is een van de meest veeleisende en omvangrijke producties van het klassieke balletrepertoire. Het ballet werd gemaakt aan het einde van de negentiende eeuw door de choreograaf Marius Petipa, de componist Pjotr Iljitsj Tsjaikovski en de decor- en kostuumontwerper Ivan Alexandrovitsj Vsevolosjki. Het is een van de beroemdste negentiende eeuwse sprookjesballetten. videofragment Sleeping Beauty (Pas-de-deux) |
|
|
Het verhaal van The Sleeping Beauty Een jonge prinses, die bij haar geboorte alles meekrijgt dat een mensenkind zich maar wensen kan, wordt op haar 16e verjaardag voor haar nieuwsgierigheid gestraft met honderd jaar slapen. Alleen een kus van een prins kan haar uit die slaap wekken. Haar slaapplaats wordt geheel overwoekerd door rozenstruiken en daarmee onvindbaar. Gelukkig komt die prins bijtijds opdagen en is hij doortastend genoeg om zich niet te laten weerhouden door de doornstruiken. De jonge prinses wordt met de vereiste kus uit de betovering bevrijd en trouwt natuurlijk met haar redder. De oorspronkelijke choreografie van De schone slaapster werd in 1890 gemaakt door Marius Petipa, die het sprookje van de Franse schrijver Charles Perrault als uitgangspunt nam. Videofragment: Sleeping Beauty ballet- opéra de Paris
|
De
Duitse schilders van de Romantiek, met name Friedrich, werden geďnspireerd
door een visie van de natuur als een uitdrukking van het goddelijke.
Franse romantici zoals Delacroix reageerden tegen de ingetogen klassieke
stijl met schilderijen vol energie en kleur. In Engeland schilderden
Constable en Turner atmosferische landschappen die de natuurkrachten tot
uitdrukking brachten. |
|
De bouwkunst in deze eeuw leende elementen van talrijke historische stijlen, maar vooral van het klassieke Griekenland en Rome. Bouwmeesters keken terug naar het Parthenon, Romeinse tempels en triomfbogen. De cultus rond Napoleon werd vooral geassocieerd met de herleving van Romeinse keizerlijke kunst. Langzamerhand
ontstond er echter een stijl die het industriële tijdperk tot
uitdrukking bracht. Het Londense Crystal Palace, ontworpen door Paxton
voor de wereldtentoonstelling in 1851, was een bouwkundige triomf,
evenals de Eiffeltoren van Parijs (1889). Samenstelling bronmateriaal ten behoeve van het nieuwe vak ckv-2 uit het profiel cultuur en maatschappij voor havo en atheneum. Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven 02/02/2010 update
|