Panorama en Diorama 

 

Er voltrekt zich in de 19de eeuw een revolutie in de communicatiemiddelen, die nog altijd van invloed is op onze omgang met media. Naast de beeldende kunst, en met name de schilderkunst, ontstaat een economisch denkende en handelende amusementsindustrie die zich richt op een breed massapubliek dat aangemoedigd en verleid moet worden tot het consumeren van beelden. 

Panorama en diorama zijn amusement dat je zou kunnen beschouwen als voorstadium van het massamedium de bioscoop

In 1787 vroeg een zekere Robert Barker patent aan op een idee dat snel de wereld zou veroveren. Een tekenaar of schilder moest op een vast punt gaan staan en vandaar elk object, in een cirkel om hem heen, vastleggen zoals het zich op die plaats aan hem voordeed. Barker beschreef hoe vervolgens het doel met de afbeeldingen moest worden gespannen op een rond frame, hoe de toeschouwer op precies de juiste afstand van het resultaat moest worden gehouden, en hoe onder- en bovenaan het schilderstuk “onderbrekingen” moesten worden aangebracht om de toeschouwer het idee te geven dat hij midden in de werkelijkheid staat. “De natuur in één oogopslag” noemde Barker zijn uitvinding, maar later bedacht hij een beter beklijvende naam: “panorama”. In juni 1791 opende Barker zijn eerste panorama in Castle Street, Londen. 

The Effect of Fog and Snow Seen through a Ruined Gothic Colonnade, 1826  Oil on canvas, L. J. M. Daguerre, 102 x 154cm

Na de opening van diorama's in Londen en Parijs, kwam Daguerre met Schotse thema's, waarvan je hierboven een voorbeeld ziet. Je ziet een duidelijke beinvloeding van Casper David Friedrich en Karl Friedrich von Schinkel en literaire beinvloeding van Sir Walter Scott.

Inmiddels waren er in Londen ook andere panorama’s ontstaan. In 1823 werd onder de naam Diorama een panorama geopend in Regent’s Park. Het was een project van de fransman Louis Jacques Daguerre (de uitvinder van de Daguerrotype). Het gebouw werd ontworpen door de bekende architect Nash. Het bestond uit twee ruimtes. Er was een draaiende vloer en de schildering werd van achteren belicht. 

In Amsterdam werden  vijf panorama’s geopend: Jooden Houtmarkt (1803-1810), Botermarkt (1805-1808), Leidseplein (1816-1818), Plantage Middenlaan (1880-1926) en Vondelpark (1883-1886).

 

Een bezoek aan een panorama vervangt een reis naar een ver land of tovert een historische gebeurtenis levendig voor ogen. Het panorama speelt met de visuele waarneming en versmelt werkelijkheid en fantasie in een tot dusver ongekende stijl en techniek. 'Na vijf minuten ziet men geen 'schilderij' meer. 

De Natuur zelf ontvouwt zich voor het oog', noteert een bezoeker bij het zien van het Rome-panorama dat in de zomer van 1804 in Parijs te zien is: 'ik twijfel er niet aan, dat panorama's met hun vergroting van de illusionaire kracht de grenzen der schilderkunst overschreden hebben.'

Op http://www.diorama.ch/deutsch/dia_ie.htm kun je genieten van het gehele diarama (met geluid)

Deze plattegrond laat duidelijk de werking van het diorama zien: 

A een cirkelvormige en draaibare zaal voor de toeschouwers

E de scene op de voorgrond, inleiding tot de eigenlijke voorstelling, er zijn 3 voorstellingen

F-G de eigenlijke voorstelling

Ook hier een draaibare toeschouwersruimte en 2 voorstellingen

Aan het einde van de 19de eeuw ontstonden allerlei spectaculaire varianten. Op de wereldtentoonstelling van 1900 (Parijs) was een soort panorama te zien waarbij de bezoekers zich in een treinwagon van de Trans-Siberische spoorweg bevonden. Op enige afstond van het raam schoven enkele schermen voorbij die de illusie gaven van het voorbij glijdende Russische landschap. Het doek, met onder andere ook gezichten op de steden Moskou, Omsk, Irkoutsk, e.d., was 220 meter lang en was zodanig opgerold dat na 45 minuten het begin weer bereikt is.

   

Cineorama, cyclorama en mareorama

Een andere variant was het Mareorama. De bezoeker bevond zich op een schip. Het bijzondere was dat dit schip door middel van hydraulische pompen een slingerende en stampende beweging maakte. Twee doeken (ieder 750 meter lang en 13 meter hoog) gaven aan bak- en stuurboord het beeld van een zeereis langs de Middellandse-Zeekust. Bij een cyclorama bevindt de bezoeker zich in het midden en is het geschilderde doek rond om hem heen. De ruimte tussen de bezoeker en het doek wordt dan opgevuld met reele voorwerpen om een overgang te scheppen. Panorama Mesdag is hiervan een mooi voorbeeld.

Een derde variant die in Parijs te zien was werd Cineorama genoemd. De bezoekers bevonden zich in een gondel onder een enorme luchtballon. Men keek uit over een landschap dat in dit geval niet geschilderd was maar gefilmd. Om de illusie te geven van een opstijgende ballon bevonden zich onder de gondel tien projectoren. Om een juiste projectie mogelijk te maken, werden de tien films opgenomen met een identieke stellage met tien camera’s. Dit 500 kilo wegende gevaarte werd in mei 1890 met een luchtballon opgelaten in de Jardin des Tuileries.

Om de gezichten te schilderen - meestal panorama's van exotische landschappen en beroemde steden, maar ook indrukwekkende voorstellingen van historische veldslagen - worden groepjes kunstschilders aan het werk gezet, die (soms op basis van stukloon) volgens precieze tekeningen werken aan de afzonderlijke delen van de soms meer dan 2.000 m2 grote doeken. Een 'chef d'atelier' controleert het werk vanaf de kijkersafstand en ziet vooral toe op de perspectivische verkleining, die van doorslaggevend belang is voor het nagestreefde illusionaire effect. Om de optische illusie nog groter te maken - en ook om het zwakke punt van het panorama, n.l. de overgang van werkelijkheid (het platform) naar fictie (het doek), te camoufleren - wordt een overgangszone bedacht, die met driedimensionale objecten zo de ruimtelijke illusie ondersteunt. 

   

Een diorama van Daguerre

In 1822 brengt theaterdecorschilder Daguerre de ontwikkeling een stap verder met zijn diorama. Dit werkt met allerlei belichtingseffecten, die het verloop van dag en nacht en allerlei weersomstandigheden nabootsen, maar ook bijvoorbeeld met spiegelingen om stromend water te simuleren. Anders dan bij het panorama heeft de toeschouwer bij een diorama geen uitzicht naar alle kanten, maar kijkt het publiek vanuit een zaal in de vorm van een halve cirkel.

het Panorama Van den Ende   

Het Panorama Van den Ende is een cilindervormig schilderij dat de Bollenstreek in de jaren '50 van de vorige eeuw toont. Het laat historische gebouwen, vergezichten en detailschilderingen van het leven en werken in die periode zien.

Het werk aan het Panorama begon in 1997 en duurt nog steeds voort. Hoofdzakelijk gedurende twee maanden in de lente schildert beeldend kunstenaar Leo van den Ende aan het 4 bij 63 meter grote kunstwerk. Het Panorama is dan voor het publiek in Panorama Tulipland, Voorhout, te bezichtigen.

Op de site Vandenendepanorama vind je informatie over het Panorama, de Leo van den Ende Stichting alsmede het nog te realiseren Museum Van den Ende. De rubriek Biografie belicht het leven van de kunstschilder.
Tip: combineer een bezoek aan dit panorama en aan Panorama Mesdag met de geschiedenis van het panorama en je hebt een fantastisch onderwerp voor je profielwerkstuk Kunst Algemeen (ckv-2)

Samenstelling bronmateriaal ten behoeve van het nieuwe vak ckv-2 uit het profiel C & M voor havo en atheneum en tehatex 2003/2005.  Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. 

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Geraadpleegde literatuur oa: Musee d'Orsay Abcoude 2001MartinaPadberg

02/02/2010  CKV-2 digischool