ANDREA PALLADIO

Andrea Palladio (1508 – 1580), Italiaans architect en theoreticus maakte diepgaand studie van de klassieke architectuur en de werken uit de hoogrenaissance. Hij beïnvloedde zowel door zijn bouwwerken als door zijn geschriften de verdere ontwikkeling van de Europese bouwkunst Het merendeel van zijn gebouwen wordt gekenmerkt door grote harmonie en eenvoud in de proporties.

Palladio publiceerde onder andere de Vier Boeken over Architectuur (I quattro libri dell'Architettura. 1570). Dit werk had een verstrekkende invloed: vele tijdgenoten gebruikten het als handboek, en later werd het geschrift de basis voor het 'Palladianisme' dat in de eerste plaats in Engeland veel succes kende.

Leesfragment uit: Andrea Palladio: I Quattro Libri Dell' Architettura: Boek II, hoofdstuk II. Over de indeling van de vertrekken en van andere ruimtes

Ongeveer tussen 1566 en 1570 kreeg Palladio de opdracht een villa te bouwen voor Paolo Almerica, een hoge functionaris aan het pauselijke hof. Het werd echter pas afgewerkt na 1660: toen werd het platte dak op de centrale cilindervormige "salone" vervangen door een koepel.
Villa Almerico is bekender onder de naam "La Rotonda" vanwege zijn unieke constructie: aan de kubusvormige bouwkern zijn aan alle vier de zijden gelijkvormige zuilenportieken aangebouwd.
Palladio maakt hier gebruik van een in een rechte hoek uit de muur tredende arcade op massieve pilasters, waar de hoekzuilen vrij tegenaan staan. De twee middelste zuilen staan iets verder van elkaar en leggen het accent op de deur.

Wat van buitenaf een ideaal voorbeeld van centraalbouw lijkt, geeft binnenin echter een totaal andere indruk. Door toedoen van de smalle gewelfde gangen die naar het ronde middendeel leiden wordt eerder de indruk gewekt dat er centrifugale krachten aan het werk zijn i.p.v. centraliserende.

La Rotonda was vooral bedoeld voor recepties en feesten, het was geen landbouwbedrijf. Alle deuren komen uit op vensteropeningen, want panorama is het hoofddoel van deze villa: het ligt op een klein heuveltje, omringd door andere heuvels, en kijkt uit op de vallei van een klein riviertje. Volgens Palladio zelf had het geheel iets weg van "een heel groot theater".

Ondanks het groot aantal villa's dat Palladio ontwierp, slaagde hij er toch in een enorm gevarieerd oeuvre aan te leggen. Algemeen kunnen we zeggen dat een villa bestaat uit
  • een centraal gedeelte voor de eigenaars (casa dominicale),
  • zijvleugels (barchesse), waar de woonruimten voor de werklui in ondergebracht waren,
  • stallen,
  • graanopslagplaatsen,
  • duiventillen,

Palladio's vroegere villa's zijn veelal variaties op thema's uit Romeinse thermen. Wegens gebrek aan informatie over hoe de woonhuizen uit de Romeinse oudheid eruit zagen, nam Palladio ten onrechte aan dat ze een porticus hadden. Hierdoor hebben zijn villa's uit 1550-1560 verschillende variaties op een tempelfront met porticus en twee verdiepingen van boven elkaar geplaatste colonnades of loggia's. Het aantal mogelijke variaties wordt nog vergroot door plaatsing van de bijgebouwen. Een mooi voorbeeld van een standaard palladiaanse villa met alle onderdelen, is de villa Barbaro. Enkele andere voorbeelden zijn villa Foscari en villa Emo.

Palladio ontwierp deze villa voor Daniële en Marcantonio Barbaro ongeveer in 1557-1558. Net als villa Emo is het een mooi voorbeeld van het barchesse-principe: twee zijvleugels -elk geflankeerd door een duiventil- leiden de blikken naar het centrale herenhuis. Hier werd het herenhuis echter niet van de grond verheven.

Villa Foscari bezit geen zijvleugels, en heeft hierdoor iets weg van een klein paleisje. Het geheel is verheven boven de grond, onder de sokkel bevinden zich de keukens, kamers voor de dienstboden. Door dit sterk verhoogde voetstuk, samen met de zuilenporticus en het met kraagstenen omlijst timpaan van de gevel aan de waterkant, doet de villa erg denken aan een tempel.

Het herenhuis van villa Emo wordt geflankeerd door twee eenvoudige zijvleugels, die beiden eindigen in een duiventil. Deze torenachtige constructies dienen als tegengewicht van het dominerende centrale gedeelte, en om de lagere zijvleugels een einde te geven. Bovendien vangen ze de blik van de toeschouwer en leiden die naar het belangrijkste deel: het huis van de meester. De functie van het herenhuis wordt nog geaccentueerd door een veel gebruikte techniek van Palladio: hij verheft het middenblok t.o.v. de andere delen door het op een sokkel te zetten. De trap die naar de portiek zou moeten voeren, is hier vervangen door een helling, die tevens dienst kan doen als dorsvloer.
De ongebruikelijk lange zijvleugels zijn een teken van, voorspoed. Dit is de enige manier waarop het succes van de familie Emo wordt uitgedrukt, want nergens is pracht en praal te ontdekken
Samenstelling van het bronmateriaal voor de vaklokalen uitsluitend en alleen ten behoeve van de vak ckv-1 uit het algemeen deel  voor havo en atheneum en het vak ckv vmbo en de kunstvakken uit het profiel C&M. (CKV 2/3 en tehatex) en uit de onderbouw het vak beeldende vorming. Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende. Bron oa: studwww.rug.ac.be/~ddblieck/villa.html en De oorsprong van de moderne architectuur. L Lefaivre, A Tzonis. Uitg. SUN

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten, afbeeldingen ed? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij helaas niet geven. In plaats hiervan geven we onder aan de pagina ruimte voor een eigen invulling of verwijzing naar internetpagina's.

02-10-2005