Zoeken naar cultuur in Nederland
 
  Reis door cultuur in Nederland
 
  over cultuurwijs abonneer
 
home
terug
opnieuw zoeken
opnieuw zoeken

Raadsels rond een Romeins schip

Het jaar 2003 is nog niet om en Nederland is al drie Romeinse schepen rijker. Het eerst opgegraven schip lag in een weiland bij de wijk Leidsche Rijn in Utrecht. Het bevatte nog veel alledaagse voorwerpen en leek plots te zijn verlaten. Waar was de lading, waar was het roer en waar was de mast? Vluchtte de bemanning en zo ja: waarom? Wat is hier gebeurd?

Drama in de diepte?

Schaalmodel van het opgegraven schip, foto: Erik Graafstal

Archeologen lijken op detectives. Ze halen aanwijzingen over vroegere gebeurtenissen uit alle achtergebleven voorwerpen en sporen op de crime-scene. Een schip met gebruiksvoorwerpen erin is daarom voor archeologen een mooie tijdcapsule maar ook een eerste aanwijzing voor een noodsituatie. Niemand laat immers persoonlijke eigendommen achter als dat niet hoeft...
Een nauwgezette speurtocht langs alle onderdelen van de bijna 25 meter lange boot maakte duidelijk dat de boot niet is gezonken door een lek in de bodem. Maar gezonken is hij in elk geval wel. Want hij lag op de plaats waar ooit de Rijn liep, toen een wilde rivier waarop het flink kon spoken. Niet ver van het schip was de oever met daarop de Romeinse weg waaraan wachttorens en forten (castella) lagen. 

Overzicht over het Romeinse schip vanaf de voorsteven. Het schip dateert uit ca. 175 - 200 na Chr., foto: Tom Hazenberg

Momenteel wordt het schip in het NISA te Lelystad geconserveerd. Mogelijk komt er in de Leidsche Rijn in de toekomst een museum waar het permanent te zien zal zijn. De vondst van dit schip is vooral zo bijzonder omdat de inventaris nog aan boord was. Dit duidt op een noodgeval. Eerder gevonden Romeinse schepen in ons land zijn meestal na hun werkzame leven met opzet tot zinken gebracht om te dienen als dijk- of oeverversteviging.

Gevonden voorwerpen
Het woongedeelte (de roef) achter het laadruim bestond uit twee kleine kamertjes waarvan er één was ingericht als woning van de schipper. Meubelstukken als een bed, een stoel, een bank, een hangkastje van rood geverfd notenhout en een opbergkist pasten hierin. De kist was leeg, op een stuk touw na. Het hangkastje, dat vier vakken had, bevatte een schaar, een mes, een stuk krijt, een schrijfstift (stylus), een munt en een stokje met Romeinse cijfers. Op een andere plek bij het schip was al eerder een gereedschapskist met daarin een beitel en breeuwijzer tevoorschijn gekomen. Dit laatste stuk gereedschap werd gebruikt om naden tussen planken met mos waterdicht te maken. Daarnaast vonden de archeologen ook nog vier schaven, bijlen, een dissel (een bijlachtig gereedschap voor onder andere het behakken van boomstammen), een hamer, een zaag en een voorraad spijkers.
Het tweede kamertje was de keuken (kombuis). Een dikke dakpan (groter dan die van nu!) diende als stookplaat. Drie bekers, keukengerei en een maalsteen lagen door elkaar in deze ruimte. Het stempel in de dakpan gaf een aanwijzing over andere bemanningsleden. Het stempel was namelijk de afkorting van een specifiek Romeins legeronderdeel: de genietroepen. Zij bouwden en repareerden bruggen, kades en wegen. Ook de vondst van een lanspunt en schoenzolen met spijkers eronder, standaard soldatenschoeisel, wijst in deze richting.

Romeinse knijpschaar, ijzer, 2de eeuw na Chr., foto: Tom Hazenberg
Prominent in beeld ligt een knijpschaar. Op de achtergrond van links naar rechts: twee ijzeren beugels (functie onbekend), een schrijfstift en een sleutel. Uiterst rechts is de punt van een lans te zien en onder een slijpsteen. Klik hier voor meer detailfoto's.

Zwaar weer
Het laadruim was leeg. De voorzijde van het schip lag in stroomopwaartse richting. Een vol schip kan moeilijk stroomopwaarts zeilen, dus lijkt het erop dat de lading al was gelost en de bemanning terugkeerde naar hun post. Maar toen?
De onderzoekers gokken op zwaar weer dat de bemanning heeft overvallen. De mast en het roer werden weggeslagen en het schip liep stuurloos tegen de oever. De bemanning kon toch nog tijdig van boord springen(of was al overboord geslagen). Dat klinkt een beetje raar voor een geoefende bemanning.
Er is nog een logischer mogelijkheid: na de uitvoering van reparatiewerk of bouwwerkzaamheden de taak van de genietroepen- werden de manschappen overvallen door slecht weer. Ze meerden af bij de weg en zochten een comfortabeler heenkomen in de dichtstbijzijnde wachttoren en namen alleen het hoognodige mee, het stormde toch wel vaker? Na de hevige storm bleek dat het schip teveel water had gemaakt en was gezonken. De schipper was nog weken ontroostbaar...

Monique Ras

 

Meer lezen
Er is een website gemaakt met daarin alles over dit Romeins schip (speciaal aan te raden: de weekjournaals en het fotoarchief).
Over de andere twee schepen kan je meer lezen op de website van de ROB (Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek).



 
Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland
 
Publicatiedatum:
3 september 2003