zoeken
mail a friend








Voor zetters en ontwerpers

Dit artikel is afkomstig uit Een punt voor typografie, een uitgave over de Typografische Bibliotheek (Tetterode Collectie) in de Universiteitsbibliotheek Amsterdam.

Al in enkele vroege drukkershandboeken staan richtlijnen voor vormgeving, voor het zetten van titelpagina's bijvoorbeeld. En in de negentiende eeuw werden de handboeken voor letterzetters steeds uitvoeriger wat betreft het ontwerpen, met name van handelsdrukwerk.

Zetvoorbeelden in Karl Faulmann, "Handbuch der Buchdruckerkunst für Schriftsetzer und Korrektoren" (1884)

Omslag van de lezing "Logica in boekdruk" (1907), vermoedelijk ontworpen door J.W. Enschedé zelf 

Een breuk met de negentiende-eeuwse traditie vormde in Nederland Logica in boekdruk (1907) van J. W. Enschede, die voortbouwde op de ideeën van Jan Kalf. Enschedé wees op de 'schoonheid' en 'leesbaarheid' van goed zetwerk, en stelde dat daarin de rechthoek benadrukt moest worden. S. H. de Roos noemde deze lezing ooit "de catechismus voor den modernen boekdrukker".
Het internationaal bekendste handboek voor grafisch ontwerpen is nog steeds Die neue Typographie (1928) van Jan Tschichold, dé spreekbuis van het modernisme. In 1938 verscheen in Nederland zijn iets minder strenge Typografische vormgeving, dat een grote invloed uitoefende. A. H. G. Blankenstein populariseerde de Nieuwe Typografie in Zetkunst (1940) en Herbert Spencer deed hetzelfde, maar met meer begrip en raffinement, in Design in business printing (1952).

Binnenwerk van Jan Tschichold, "Typografische vormgeving" (1938) 

Binnenwerk van Herbert Spencer voor zijn "Design in business printing" (1952)
Binnenwerk van Karl Gerstner voor zijn "Programme entwerfen" (1963)
Na de Tweede Wereldoorlog werd het beroep van zelfstandig grafisch ontwerper gangbaarder in Nederland. Dit tot irritatie van de drukkers, die de vormgeving tot hun terrein rekenden. Belangrijk voor de kwaliteit van het zetwerk was in die jaren Bern. C. van Bercums gedetailleerde Zet het zó! (1949). Huib van Krimpen, een vertegenwoordiger van de traditionele typografie, schreef met Boek over het maken van boeken (1966) een echt ontwerpershandboek. Hij zal zich zeker hebben laten inspireren door het bekende Methods of book design (1956) van Hugh Williamson.
De objectieve, systematische Zwitserse typografie oefende in Nederland onder meer invloed uit door Programme entwerfen (1963) van Karl Gerstner. Op de Amsterdamse Gerrit Rietveld Academie werd dit boekje ook in het onderwijs gebruikt.
Tot de beste recente handboeken voor DTP'ers en ontwerpers behoren Vormwijzer (1991) van K. F. Treebus, Designing books (1996) van Jost Hochuli & Robin Kinross en Lesetypographie (1997) van Hans Peter Willberg & Friedrich Forssman.

Mathieu Lommen

Lees verder: Letters: ontwerp en productie

© Een punt voor typografie, Universiteitsbibliotheek Amsterdam


Instelling:
Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam

Publicatiedatum:
5 februari 2004