zoeken
mail a friend








De bewoners en hun huis

Hoe het interieur van Nederhemert er in vroeger tijden precies heeft uitgezien is niet bekend. Er was in ieder geval weinig wooncomfort.
Het oudste deel, de woontoren, was een door water omringde burcht met boven de kelder twee vertrekken, die elk een hele verdieping van 12 x 10 meter besloegen. Meer ruimte had Johan van Hemert in 1310 niet. Het leven concentreerde zich in het vertrek met de stookplaats, een schaars verlichte ruimte (er waren nauwelijks ramen) waar gekookt werd, gegeten en geslapen. Er was een waterput - ingebouwd in de muur - en een privaat.

Klik voor een grotere afbeelding
De eetzaal. De muren zijn bespannen met prachtig beschilderd behang waarop Chinese invloeden zijn te zien. Foto F. van Kretschmar, 1942/43, RDMZ

Een levensgroot portret van Maria Torck (1620 - 1655) geschilderd door Harmen de Bye. Op de achtergrond is kasteel Nederhemert geschilderd. Afbeelding Geldersche Kasteelen

Klik voor een grotere afbeelding
De zogenaamde Maarten van Rossumkamer met beschilderde 15de-eeuwse zoldering en een 16de-eeuws 'vertimmerd' ledikant. In het hoofdeinde van het bed stond het wapen van Maarten van Rossum met drie vogels. Foto F. van Kretschmar, 1942/43, RDMZ
Panorama's
De ridderzaal
De kelder onder de ridderzaal

 

Klik op de afbeeldingen om de panorama's te starten, hiervoor is QuickTime nodig. Klik hier voor meer informatie

Keukentoren

Toch kwam daar al snel verandering in. Net als in andere kastelen werd het interieur van Nederhemert aangepast aan de eisen van de tijd. Uit de voortdurende bouwbedrijvigheid is dit af te leiden. Omstreeks 1350 kwam er een ridderzaal, bestemd voor grote ontvangsten en eetpartijen. Anderhalve eeuw later gevolgd door een keukentoren en een grote eetzaal. De keuken, 7,80 x 6,20 meter, was berekend op het bereiden van grote maaltijden.
In de zestiende eeuw werd aan het wonen meer aandacht besteed. Stoelen werden comfortabeler, er kwamen kasten en buffetten en in de muren kwamen grotere vensters, zodat er meer daglicht binnenkwam. Hoewel het gissen blijft naar de zeveniende-eeuwse inrichting geven de portretten van de toenmalige eigenaars Maria Torck en Willem van Quadt de indruk dat deze vorstelijk geweest moet zijn.

Lustverblijf
Nederhemert vererfde van de Van Hemerts via de vrouwelijke lijn op de families Torck, Van Quadt, Van Lynden, Bentinck, Van Nagell en Van Wassenaer. Vooral Otto Frederik, baron van Lynden ontpopte zich omstreeks 1780 als een verwoede bouwheer. Nederhemert onderging een ware metamorfose. Het werd een lustverblijf met een park, net als de andere kastelen in die tijd. De Franse koning zette daarin de trend en de rest van Europa volgde.
Was het kasteel tot op heden een zomerverblijf geweest, begin negentiende eeuw gingen de Van Nagells er permanent wonen. En opnieuw vonden er grootscheepse verbouwingen plaats. Er kwam een westvleugel, die later in de eeuw van een neogotische gevel werd voorzien. Het interieur moet fraai geweest zijn. Bewaard gebleven foto's uit de twintigste eeuw geven er een indruk van. 

Na de recente restauratie zal het noordelijk deel van het kasteel door de nieuwe huurder in gebruik worden genomen als kantoor. De ridderzaal krijgt een representatieve functie, bijvoorbeeld als trouwzaal. Open dagen en rondleidingen kunnen andere bezoekers de gelegenheid geven om kennis te maken met dit kasteel. En voor de vaste bewoners, de vleermuizen, zijn de kelders gereserveerd.

Marleen Dominicus-van Soest


Hoofdartikel:
Kasteel Nederhemert

Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland

Publicatiedatum:
10 augustus 2005