Het Concertgebouw in Amsterdam

Het Concertgebouw in Amsterdam is gebouwd in 1888. Toen werd ook het Coneertgebouworkest opgericht. Het bestuur bestond uit rijke burgers, die ook alles hebben gedaan om het gebouw en het orkest van de grond te laten komen. Binnen korte tijd was het orkest een van de beste van de wereld. Dat kwam door een goed programmabeleid, aanvaardbare salarissen en een gelukkige keuze van dirigenten.

In het begin van de 19-de eeuw waren er verschillende orkesten in Amsterdam die in verschillende zaten speelden: in sociëteitszalen of in theater- en kleine concertzalen. De Parkzaal had een eigen orkest. Het grote Paleis voor Volksvlijt was geschikt voor een groot publiek, maar akoestisch slecht. Een concert had vooral een sociale functie: men liet zich zien en men wilde gezien worden, men hoorde er zo bij en kreeg op de koop toe nog enkele composities te horen.

 

Tijdens het concert was het publiek zelden stil: men zat rond tafeltjes, er werd gerookt en gedronken. Er was verband tussen de slechte luisterdiscipline en de prestaties van de musici.

 Hildebrand. een 19-de eeuwse schrijver was overigens niet zo'n muziekkenner, maar hij schetst wel heel raak het concertleven gezien door de ogen van de gegoede burger.

In 1821 was het Hoforkest opgericht door Koning Willem I. Dit orkest bestond heel kort. In 1841 werd in Amsterdam het orkest van de Maatschappij Caecilia opgericht voor beroepsmusici. De kosten werden door de burgers gedragen. Omdat de Parkzaal afgebroken werd, een andere concertzaal alleen voor leden toegankelijk was (Felix Meritis), ging men denken aan een grote concertzaal voor 2000 luisteraars.

Als voorbeeld wat betreft afmetingen en inrichting werd de Tonhalle in Düsseldorf genomen. Deze was weer beinvloed door de eerste concertzaal die gebouwd is in Wenen rond 1878 (voor het toen opgerichte Weens Philharmonisch Orkest - de bekende Wiener Philharmoniker).

plattegrond

De zaal was gebaseerd op een danszaal in het Oostenrijks keizerlijk Paleis, waar regelmatig concerten werden gegeven. Deze zaal heeft veel invloed gehad op concertzalen die eind 19-de eeuw gebouwd zijn. Opmerkelijk is ook de plaatsing van het publiek: niet meer aan tafels, maar in rijen.

De vormgeving van het Concertgebouw heeft klassieke elementen: die verwijzen duidelijk naar de bron van de kunst en cultuur.

Samenstelling bronmateriaal ten behoeve van het nieuwe vak ckv-2 uit het profiel cultuur en maatschappij voor havo en atheneum.  Meewerken aan deze site? Opsturen via e-mail is voldoende.      Samenstelling tekst oa H v Oirschot. Sint-Janslyceum Den Bosch 

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiele vergoeding kunnen wij niet geven

02/02/2010 update