Diaserie Beeldende Kunst en Theater  

Centraal Schriftelijk Eindexamen Beeldende Vakken VWO 1989 (gescand en beschikbaar gesteld door: Peter Vermaas Penta College) De diaseries zijn samengesteld door het LOKV evenals de begeleidende tekst.

[Dia 1-10]  [Dia 11-20]  [Dia 21-30]  [Dia 31-40]  [Dia 41-53

theater_01.jpg (277776 bytes)

1.Het theater van Epidaurus, oorspronkelijk gebouwd begin 3de eeuw voor onze jaartelling. 

De ligging van het Griekse theater in het landschap maakt gebruik van de natuurlijke helling, waarmee een ongelooflijke akoestiek wordt bereikt. De capaciteit van dit theater is 12.000 toehoorders. Hieruit valt op te maken dat hier gegeven voorstellingen voor de gehele bevolking waren bedoeld. De Romeinen pasten in hun theaters zonodig een ondersteuning onder de rijen zitplaatsen toe met een stelsel van gangen en steunbogen.

Aanbiedingstekst p. 18~19 Bronnenbundel p. 18‑21

theater_02.jpg (144021 bytes)

2.Vincenzo Scamozzi (Vicenza 1552 ‑ Venetië 1616)

Detail van de decorwand van het Teatro Olimpico in Vicenza, 1580‑84

Het theater zelf werd gebouwd door Andrea Palladio; de achterwand door Vincenzo Scamozzi. Deze wand vormt een vast decor met een suggestief schijnperspectief (vergelijk de plattegrond, Aanbiedingstekst p. 20)

Aanbiedingstekst p. 19 Bronnenbundel p. 25~27

theater_03.jpg (285063 bytes)

3.Paris Bordone (Treviso 1500 ‑ Venetië 1571) Bathseba in het bad, 1545 olieverf, 231 x 214, Keulen, Wallraf~Richartz Museum

Dit schilderij van de niet zo erg bekende schilder Bordone laat zien hoe de geschilderde decorwanden zoals Serlio die beschrijft, regelrecht uit de schilderkunst van die tijd stammen.

Aanbiedingstekst p. 19 Bronnenbundel p. 21‑25

theater_04.jpg (247879 bytes)

4. Giovanni Battista Aleotti (Argenta ca 1546 ‑ Ferrara (1636) Teatro Farnese, Parma, 1617‑1628

Deze theaterzaal bouwt voort op die van het Teatro Olimpico. De zaal is verlengd tot een U‑vormige plattegrond en de colonnadewand boven de toeschouwersrijen is verdubbeld. In zulke theaters moet men zich de toneelmachinerieën denken, die Nicola Sabbattini in zijn boek beschrijft.

Aanbiedingstekst p. 20 Bronnenbundel p. 27‑28

theater_05.jpg (230380 bytes)

5.  Vincenzo Scamozzi (Vicenza 1552 ‑ Venetië 1616) Theater van Sabbioneta, 1588‑90

Dezelfde architect, die het vaste toneeldecor van het Teatro Olimpico ontwierp, bouwde niet lang daarna voor Hertog Vespasiano Gonzaga dit theater in een meer maniëristische stijl. De zaal heeft bescheiden afmetingen en de toeschouwersrijen beslaan een halve cirkel. Erboven is een colonnadewand met standbeelden, die veel gelijkenis vertoont met die van het Teatro Olimpico.

theater_06.jpg (180299 bytes)

6. Charles Garnier (Parijs 1825 ‑ Parijs 1898) Het trappenhuis van de opera in Parijs, 1861‑1875

De ruimtelijke werking en het feestelijk karakter van het centrale ontmoetingspunt van het operagebouw, de grote trap, komen door de verlichting extra tot hun recht.

Aanbiedingstekst p. 5~7, p. 21‑23 Bronnenbundel p. 32‑35, p. 37‑38

theater_07.jpg (164857 bytes) 7.  Detail met kandelaber in het trappenhuis van de opera
theater_08.jpg (237187 bytes)

8.Jean‑Baptiste Carpeaux (Valenciennes 1827 ~ Asnières 1875) La Danse, 1869. Gevelsculptuur aan het operagebouw in Parijs

Hoewel het nu moeilijk voorstelbaar is, viel dit beeld indertijd buiten de kaders, die passend werden geacht voor de decoratie van een zo verheven gebouw als de opera.

Aanbiedingstekst p. 24~25 Bronnenbundel p. 36‑37

theater_09.jpg (164684 bytes)

9.W. Holzbauer en C. Dam, Muziektheater in Amsterdam, voltooid in 1986

Voordat dit theater annex stadhuis in 1986 zijn deuren opende, zijn er veel stormachtige polemieken gevoerd. Aan het uiteindelijke ontwerp van het muziektheatergedeelte, lag het oude plan van Ir Bijvoet en Prof. Holt ten grondslag.

Aanbiedingstekst p. 25‑27 Bronnenbundel p. 38‑44

theater_10.jpg (139376 bytes)

10.W. Holzbauer en C. Dam, Muziektheater in Amsterdam, voltooid in 1986 Foyer van het muziektheater, 1986

Bij de zogenaamde 'trappenwaterval' van het muziektheater werden kosten nog moeite gespaard om er een feestelijk karakter aan te verlenen. Op de onpraktische kanten, bijvoorbeeld de kleur van de vloerbedekking, werd minder gelet. De aankleding van het Muziektheater strekt zich ook uit tot de speciaal ontworpen kleding van het personeel.

Bronnenbundel p. 45‑46

[Dia 1-10]  [Dia 11-20]  [Dia 21-30]  [Dia 31-40]  [Dia 41-53