Thema
|
Beschrijving van het thema
Voordat er ook maar enige staatsvorm was, leefde de mens in een natuurtoestand. Of deze er ooit daadwerkelijk was, is hoogst onwaarschijnlijk. Het gaat om de toestand zoals die had moeten zijn. Volgens Rousseau zegt de oorspronkelijke toestand van de mens iets over hoe de mens nu – d.w.z. in de 18e eeuw – is. Het is het stadium waarin er nog geen wetten door de mensen zijn gemaakt. De enige wet die bestaat is de natuurwet. In Rousseaus “Essai sur l’origine des langues” spelen de volgende vragen: Wat is de oorsprong van de taal? Wat heeft onze taal te maken met onze maatschappij? Waarom hebben we bij alle vooruitgang een soort heimwee naar hoe het had moeten zijn, in plaats van hoe het was? Waarom raken we onvermijdelijk steeds verder van de natuurtoestand af, terwijl we er juist meer naar verlangen? Natuurliefhebbers en mensen met een ecologische ideologie laten zich graag met dergelijke vragen in. Het grote verschil tussen Rousseau en deze rousseauïsten is echter dat de eerste een terugkeer naar de natuur niet mogelijk of zelfs maar wenselijk achtte.
Interessante vragen
- Wat heeft een 18e eeuwse filosoof in de 21e eeuw te melden?
- Wat hebben Rousseau en acties zoals ‘Adopteer een kip’ met elkaar te maken?
- Wat is natuur in een tijd waarin alle grond is verdeeld en een functie toegewezen heeft gekregen?
- Hoe natuurlijk is ‘nieuwe natuur’ in ons gecultiveerde Nederland?
Naar Uitwerking
|
|
|