Zoeken naar cultuur in Nederland
 
  Reis door cultuur in Nederland
 
  over cultuurwijs abonneer
 
home
terug
opnieuw zoeken
opnieuw zoeken

Kleding 1909 - 1914: Poiret

Dit is een onderdeel van een serie over Kledingstijlen van eind 19de eeuw en 20ste eeuw: 1890 - 1980

De opvoering van Rimski-Korssakovs Sheherazade door het Russische ballet in Parijs, heeft een onmiskenbare invloed gehad op de mode na 1910.
De door Leon Bakst ontworpen exotische, fel gekleurde kostuums vormden voor Paul Poiret een nieuwe inspiratiebron. Zijn ontwerpen zoals tunieken en kimono's gaven blijk van oosterse invloeden en hij creëerde een nieuw silhouet: slank en soepel. Hetzelfde deed Mariano Fortuny (Italiaanse schilder en ontwerper) met de delphos, een lange japon van geplisseerde zijde. Jonge kunstenaars zoals George Lepape waren bij Poiret in vaste dienst als tekenaar. In de jaren die aan de Eerste Wereldoorlog voorafgingen werd veel gedanst in theaters, restaurants of thuis bij de pathefoon (oude platenspeler). De modedans van deze tijd was de tango.

      Inhoud

 © Centraal Museum Utrecht

Afb. 1, japon, 1911, crème sisalvezel, garnering van soutaches, tule en borduurwerk © Centraal Museum Utrecht
 © Centraal Museum Utrecht
Afb.2, onderjurk, ca. 1911, linnen batist met machinale Valenciennes kant © Centraal Museum Utrecht
 © Centraal Museum Utrecht
Afb. 3, paar hoedenpennen, ca. 1910, verguld koper, beschilderd porselein, lengte 23,6 cm © Centraal Museum Utrecht
 © Centraal Museum Utrecht
Afb. 4, kostuum bestaande uit colbert, vest, twee pantalons ca. 1910, shantoeng zijde © Centraal Museum Utrecht

De kleding van de VROUW kreeg een volledig ander silhouet: van boven breed, naar onder toe smal uitlopend. Het lichaam werd niet langer in de taille ingesnoerd. Japonnen hadden een hoge taille, een 'strompelrok' en dikwijls een tunica (lampekapsilhouet). Er was veel kritiek op de nieuwe lage V-hals die zowel aan voor- als achterzijde van japonnen en blouses werd gedragen.
Veelgedragen: blouse en rok.
De mantel: minder mantels maar veel mantelkostuums met een tamelijk lang jasje en een zeer nauwe rok, vaak voorzien van splitten. Zeer modieus: het kimonojasje dikwijls afgezet met bont of struisveren.
De onderkleding: in Duitsland werd het wollen Jaegerondergoed gepropageerd . Andere landen meestal ondergoed van zijden of katoenen tricot. Nieuw: een recht korset en de eerste bustehouder , ontworpen door Poiret, maar nog weinig gedragen. Om de rokken voor uitscheuren te behoeden werd een band tussen de knieën gedragen.
De sportkleding: voor het eerst badkostuums uit één stuk, met pijpen tot de knieën, gemaakt van wollen tricot en gedragen met zwarte kousen en badschoentjes.
Het haar: losjes opgestoken, soms gekrulde pony.
De hoed: aanvankelijk erg groot met veel garnering. Poiret bracht ook kleine tulbandkapjes met aigrettes.
De accessoires: ceintuurs, hoedenspelden (afb. 3), Jugendstil sieraden van vensteremail. De eerste lippenrouge uit een potje. Poiret creëerde een eigen parfum.
De schoenen: nog veel knooplaarsjes, maar meer en meer laag uitgesneden schoentjes met halfhoge hakken (pumps). Zeer à la mode: tangoschoenen, zwarte schoenen met hoge hakken en banden die om het been werden gekruist.

 

De kleding van de MAN onderging slechts summiere veranderingen. Het kostuum bestond nog steeds uit jasje, broek en vest van dezelfde stof, een wit hemd met losse boord en een strikje of geknoopte das (afb. 4). Het jasje meestal een costume-veston-type. In ca. 1911 werd voor het eerst een plooi in de herenpantalon geperst.
De mantel: voor op reis een lange, rechte jas; voor de stad een wat kortere, getailleerde jas.
De hoed: bolhoed, Homburghoed, hoge hoed en strohoed. Petten voor sportieve doeleinden en op reis.
De accessoires: dasspeld, horlogeketting, manchetknopen, wandelstok met ivoren of zilveren knop, handschoenen.

 

De STOFFEN: chiffon, crêpe, tule, kant, wol en katoen. Voor kinderkleding witte of blauwe serge en wit of gestreept linnen.
De kleuren: felle tinten blauw, groen, violet en oranje.
De dessins: motieven met rozen, lotusbloemen, oosterse figuren. Op effen stoffen geappliqueerde kant of tule.

© Tirions kostuumgids, Marian Conrad en Gerda Zwartjes

 

Lees verder over de kleding in de vorige periode:

Jugendstil 1900 - 1909

Lees verder over de kleding in de volgende periode:

Eerste Wereldoorlog 1914 - 1919



Hoofdartikel:
•  Kledingstijlen van eind 19de en 20ste eeuw: 1890 - 1980
 
Instelling:
Digitaal Erfgoed Nederland