![]() |
|
te vergroten |
![]() ![]() |
inleiding
|
DuitsIand, Frankrijk,
Engeland Grote waarde wordt gehecht aan de gevoelsbeleving. Kenmerken voor deze periode:
|
de beeldende kunst |
Bouwkunst
kunstenaars: Cuypers, Nash, Violet-le-Duc |
De architect P.J.H. Cuypers (geboren te Roermond) volgde zijn opleiding eerst in Antwerpen aan de academie en vervolgens van de Franse architect Viollet-le-Duc. Hij ontwierp o.a. het Rijksmuseum en het Centraal Station te Amsterdam. [Cuypers] | |
De Engelse architect John Nash (1752-1835) was in artistiek opzicht conservatief. De gevels in de oude Regent Street, en ook het merendeel van de tussen 1811 en 1825 ontworpen en gebouwde paleis-achtige huizencomplexen rondom Regent's Park kenmerken zich nog door de elegantie van de achttiende eeuw. [John Nash] | |
Eugène Emmanuel Viollet-le-Duc (1814 – 1879) was een Frans architect en architectuurtheoreticus. Hij schreef onder andere een Dictionnaire Raisonne de l'Architecture. Hij werd bekend door zijn vele restauraties van middeleeuwse gebouwen, vooral kerken, welke tijdens de beeldenstorm en de Franse revolutie vernietigd of beschadigd waren. Hij was een belangrijke figuur ten tijde van de neogotiek.[Viollet-le-Duc] | |
Beeldhouwkunst
kunstenaar: Rude |
|
De Franse beeldhouwer Francois Rude is In 1815 werkzaam te Brussel met decoratieve sculpturen in paleizen. In 1827 werkt hij in Parijs waar hij evolueert van classicisme naar neo-barok. Zijn werk is uitgevoerd in een theatraal realisme. [Francois Rude] | |
Schilderkunst Dramatische verbeeldingswijze, pathos; thema's:
kunstenaars: Goya, Turner, Constable, Géricault, Friedrich Ontstaan van groep kunstenaars, waarbij zuivere vormen, heldere kleuren en belangstelling voor het ambachtelijke centraal staan. kunstenaars: Pré-Rafaëlieten |
|
Goya is een op zichzelf staande kunstenaar en een zo groot genie, dat we ons hem misschien niet moeten voorstellen als behorend bij een stroming. Toch blijft het een feit dat bijna ieder element van wat ik zou noemen 'de iconografie van de romantiek' door Goya werd gebruikt - heksen, martelingen, schipbreuken, moordpartijen - het hele repertoire; maar het werd natuurlijk met een onvergelijkbaar groter bekwaamheid en verbeeldingskracht gebruikt dan in de horrorverhalen uit de vroege 19de eeuw het geval was. [Lees verder] | |
Turner | |
Constable | |
Géricault | |
De kunstenaar Casper David Friedrich schilderde niet wat hij zag, maar componeerde zijn doeken uit losse elementen, zoals de ruime hoeveelheid detailstudies van bomen en bergen aantoont. Wat hij maakte bevond zich dus niet in de realiteit, maar was een keuze in het atelier: [Lees verder] [Opdrachten aanwezig bij brontekst] | |
De Pre-Rafaëlieten trachtten de zuiverheid op te roepen van de vroege Italiaanse kunst van voor Rafaël, de meester van de Renaissance. Boticelli en Lippi behoorden tot de voorbeelden. [Dante Gabriel Rosetti] | |
toegepaste kunsten |
Gebruiksvoorwerpen
Mode-/textielvormgeving Empire:
textiel:
|
Romantiek
![]() |
|
De Digitale School 2008 | |
Bron: Beeldende Vorming mei 1988. Samenstelling Commissie Dijkstra (VLH, NVTO, AVDTEX) |